Bijlage 19
3
1. ALGEMEEN.
VERSLAG van den dienst der Stadsontwikkeling
en Volkshuisvesting van ’s-Gravenhage over
het jaar 1920.
b. Gebouwen.
De kantoorruimte, waarover de Dienst sedert zijn huis
vesting in de pereeelen van Speykstraat nos. 75/79 be
schikte bleek te klein. Ten einde hierin verbetering te
brengen, was reeds bij Raadsbesluit van 6 October 1919 het
belendend perceel aangekocht. De Raad heeft in zijne ver
gadering van 20 Juni 1921 (Bijl. no. 615 van dit jaar) de
benoodigde gelden voor inrichting van dit gebouw toege
staan, zoodat weldra over meerdere kantoorruimte kan
worden beschikt.
Het magazijn met werkplaatsen en dienstwoning aan de
Treilerstraat te Scheveningen, tot welker bouw de Raad
in zijn vergadering van 31 Maart 1919 (Bijl. no. 396) ten
behoeve van het onderhoud der Gemeentewoningen te
Scheveningen besloot, werd successievelijk na gereedkomen
voor dit doel in gebruik genomen, het laatste gedeelte op
1 Februari 1920.
Bij Raadsbesluit van 15 Maart 1920 (Bijl. no. 57) werd
besloten tot den bouw van een Centraal materialenmaga
zijn met dienstwoningen, werkplaatsen enz. aan de Slacht
huiskade. De uitvoering van dit werk werd aan den aan
nemer R. v. d. Meulen opgedragen.
a. Beheer.
De Dienst der Stadsontwikkeling en Volkshuisvesting
werd beheerd door Burgemeester en Wethouders, bijge
staan door de Commissie voor de Plaatselijke Werken en
Eigendommen, welke per 1 Januari 1920 bestond uit de
volgende leden: Mr. P. Droogleever Fortuyn, Voorzitter,
C. L. de Koning, Mr. H. J. Nieboer, K. Vink en M. Vrijen
hoek. In de Raadsvergadering van 7 September 1920, werd
in de plaats van het Raadslid K. Vink, gekozen het Raads
lid M. van Steenbergen, terwijl in verband met het over
lijden van den heer Mr. H. J. Nieboer, in diens plaats het
Raadslid A. H. van Deth werd gekozen in de Raadsver
gadering van 20 December 1920.
