22 11 VERSLAG DER BRANDWEER. buitenzijde, terwijl intusschen van de binnenbrandleiding der fabriek, met één straal water werd gegeven op genoemde verdieping. Het geheele schaftlokaal brandde met de aan wezige inventaris uit. Vermoedelijk ligt de oorzaak in achteloos omgaan met lucifers, sigaar, sigaret of brandende pijp. 2 November. Uitslaande brand in perceel Parallelweg No. 163. Van genoemd perceel was de kelderverdieping in gebruik genomen door een brandstoffenhandelaar en voor het grootste gedeelte gevuld met brandstoffen. Een jongen had vanaf de straat brandend papier in de bergplaats ge worpen, waardoor een brand was ontstaan, welke zeer ernstige gevolgen had kunnen hebben. Bij aankomst van de Brand weer sloegen de vlammen uit de kelderramen. Met twee stralen van de waterleiding, waarvan één vanaf de straat en de ander langs de keldertrap, kon deze brand bedwongen worden. 10 November. Zware binnenbrand in een meubelfabriek, 3e v. d. Kunstraat No. 6. Door een onvoldoend veilig ge plaatste kachel, is tijdens afwezigheid van Directie en per soneel, brand uitgebroken in één der lokalen van de fabriek, waarin veel afgewerkt hout te drogen was gezet. Door ver breking van verschillende toegangsdeuren, waaronder eenige met ijzer bekleede, mocht het de Brandweer gelukken het brandende lokaal te bereiken en de brand met één straal van de waterleiding te blusschen. Als een gevolg van dezen brand zijn door de bemoeiingen van Brandweer, Bouw- en Woningtoezicht en Arbeidsinspectie belangrijke wijzigingen in het belang der veiligheid in deze inrichting aangebracht. 13 November. Zware binnenbrand in het perceel Achterom No. 8. Het benedenhuis van dit perceel, waarvan het boven deel als kleermakersatelier diende, werd gebruikt als berg plaats voor rijwielen, een motorrijwiel en balen voeringwatten en dergelijke. By aankomst van de Brandweer stond het benedenhuis in lichterlaaie, zoodat direct twee stralen van de waterleiding op den vuurhaard werden gericht, waarmede de brand kon worden gebluscht. Bij nader onderzoek werd een vat gevonden met ongeveer 150 Liter benzine, benevens eenige gesmolten benzinebussen. In de nabijheid hiervan stond een kaarslantaarn, waarin de glazen ontbraken. De eigenaar van het motorrijwiel verklaarde, dat hij benzine had afgetapt voor zyn motor en dat toen de gemorste ben zine in brand was gevlogen. Eenige rijwielen en balen voering gingen by dezen brand verloren. Togen den huurder werd door de Politie proces-verbaal opgemaakt, wegens overtreding van de Politieverordening. 18 November. Uitslaande brand in het lilm-verhuurkan- toor gevestigd in perceel Korte Houtstraat No. 31. Waar schijnlijk doordat de vonk van een electrisch stopcontact

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1920 | | pagina 836