27
18
VERSLAG GEMEENTELIJKE GENEESKUNDIGE DIENST.
Dagverpleging.
Keuringen.
Volgen thans de gegevens met betrekking tot het genees
kundig onderzoek, zoowel in de hoofdzaak voor een
aanstelling als ambtenaar of werkman in dienst der Ge
meente, alsook in de minderheid der gevallen voor
een 'beantwoording der invaliditeitsvraag aangaande per
soneel van nog geen ten volle tien dienstjaren, zijnde het
onderzoek der overigen krachtens de Pensioenwet opge
dragen aan een Rijks Commissie, waarmede de dienst be-
Als tussehenvorm tusschen de huiselijke ziekenverple
ging en de verzorging in een ziekeninrichting verdient
deze verpleging geplaatst te worden in een afzonderlijke
rubriek.
Ze geschiedt in eenvoudige, maar doelmatige verblijven,
gevestigd in de gebouwen der Wijkvereenigingen, waar
mede een overeenkomst is aangegaan, in de zomermaan
den uitgebreid tot een verzorging buiten, aan het strand,
op de terrassen, in de tuinen.
Hoofdzakelijk ingesteld ten dienste van scrophuleuze
en rhachitische kinderen behoort dit werk tot de meest
zegenrijke bemoeienissen en dit des te meer, wijl de
dokter hier regelmatig over de patiënten, w.o. velen met
huid- en andere aandoeningen, gaat.
Een goede voeding is daarbij voorts ten volle verze
kerd, terwijl een vanzelfsprekend en dagelijksch contact
met de betrokken moeders het kweeken van hygiënische
begrippen alsnog in de hand werkt, met al de konsekwen-
ties, daaraan verbonden voor het opgroeiend geslacht.
Geheel of ten deele voor rekening der Gemeente werden
in het afgeloopen jaar in zeven verblijven voor kinderen,
waaraan in den loop van dit jaar de lighal verpleging voor
volwassenen der ’s-Gravenhaagsche Vereeniging tot be
strijding der tuberculose als achtste werd toegevoegd,
718 patiënten in verzorging genomen of 233 meer dan het
jaar te voren en deze aldaar behandeld en verzorgd ge
durende 27770 dagen of 9011 meer dan in 1919.
Voorwaar bemoedigende cijfers, die wel duidelijk doen
zien, hoe ook op dit gebied het particulier initiatief en
dan in samenwerking met de Gemeente zich nog ten onzent
vermag te ontwikkelen.
Aangezien deze slechts on- en minvermogenden betref
fen, zijn ze onder de te voren genoemde cijfers begrepen.