27
37
VEKSLAG GEMEENTELIJKE GENEESKUNDIGE DIENST.
5. Tengevolge eener klacht van overlast door vliegen
in de operatie-kamer (en de keuken) van het Ziekenhuis
aan den Tapijtweg werd, bij een bezoek ter plaatse met den
Directeur der Ziekenhuizen, aangegeven wat ter verbete
ring kon worden gedaan, n.l. assaineering om en zoonoo-
dig op het terrein van het ziekenhuis, een praktisch stelsel
van vliegen-vangen en gaas-bescherming van operatie
kamer en keuken-komplex.
enkele groote volks-logementen moeten worden afgezon
derd, werd inaar een beschikbare groote inrichting ge
zocht en viel de aandacht op het verlaten Hotel Royal,
dat echter juist tijdelijk ter opneming van Duitsche werk
lieden was afgestaan.
Men zal zieh nu in voorkomende ernstige gevallen moe
ten behelpen met het in gebruik nemen van eene gemeente
school, totdat inmiddels eene betere en meer bevredigende
oplossing zal zijn verkregen.
6. Aan den dienst der Stadsontwikkeling en Volkshuis
vesting werd advies gegeven over het hygiënisch gedeelte
van een plan tot stichting eener Woonwijk voor onorde
lijke gezinnen.
De voorgestelde wijzigingen in de ontworpen bad- en
(ontsmetting®) outluizings-inrichting zijn weliswaar enkel
als verbeteringen bedoeld, maar zij zullen tevens tot ver
eenvoudiging van dit onderdeel en tot kosten-besparing
kunnen leiden.
Dit laatste gevolg is zeldzaam genoeg om het bijzonder
te mogen vermelden.
7. Alsnog werd aan den Directeur van dezen dienst ad
vies gegeven over de vraag, of het wenschelijk ware, om
in eene groep woningen, met Rijkssteun gebouwd, een of
meer huizen speciaal in te richten voor lijders aan tuber
culose.
Gewezen werd op de moeilijkheid om het begrip „tuber-
culose-lijder” praktisch nader te bepalen, dus om aan te
geven welke vorm en graad van tuberculose moest uit
gesloten worden geacht; bij eene ruime opvatting zoude
een zeer groot aantal speciale woningen in deze gemeente
noodig zijn.
Voorts werd er aan herinnerd, dat onder de krachtige
factoren tot bestrijding der tuberculose de bouw van
goede woningen in het algemeen, ook zonder speciale in
richting, eene voorname plaats inneemt.
