32 I- 4 VERSLAG OMTRENT DE ONGEVALLENVERZEKERING. 3-7 JAAR. 8 Financieele Resultaten. a. e. 10.338,33“ 122,07® f 48.863,72 minder dan 3 blijvend in valide. 97 89 O 1920 minder 442 457 In 1919 1920 1920 meer 89 81 94 115 21 8-14 J dagen- Evenals 1919, is het dienstjaar 1920 niet als gunstig te beschouwen. Uit de ten koste gelegde uitgaven is op te maken, dat de gevolgen der toegekende loonsverhoogingen alsmede die van het verhoogen van maximum- en mini mumloon zich nog deden gevoelen. De kosten overtreffen die van het vorige jaar zelfs nog met f 12.000,-—. Het aandeel in de administratiekosten der Rijksverze- keringsbank werd van f 8.070,71 op f 10.338,33® gebracht, terwijl de administratiekosten van het fonds tot bestrijding der kosten voortvloeiende uit de Ongevallenwet 1901, gevoerd door het Gemeentelijk Pensioenbureau slechts f 122,07* beliepen. Daar de Gemeente in het fonds heeft gestort een premie ten bedrage van f 56.842,14 levert het jaar 1920 nog een voor- deelig saldo op van: f 56.842,14 f 48.863,72 f 7.976,42. 8 29% 134 151 17 12%% --22% Invaliditeitsduur langer dan 15-42 i i blyvend) 1 100% - Aantal ongevallen. 27 19 8 i 8% 9% De kosten van de Ongevallen voorgekomen in 1920 be droegen: Kosten voor geneeskundige behandeling f 3.950,84 b. Kosten voor tijdelijke uitkeeringen 14.568,64® c. Kosten van voorloopige renten8.55140® d. Contante waarde van blijvende renten 11.332,72 Aandeel in de administratiekosten der Rijksverzekeringsbank f. Administratiekosten van het fonds tot be strijding der kosten voortvloeiende uit de Ongevallenwet 1901

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1921 | | pagina 1051