13
nister van Koloniën, die voor hen een instructie vaststelt.
Bij K. B. van 13 Augustus 1921 Stbl. 1023 werd bepaald,
dat de wet van 4 October 1919 Stbl. 593 (Nijverheids-Onder-
wijswet) geacht wordt te zijn in werking getreden op 1 Ja
nuari 1921.
Stbl. no. 1123 bevatte de wet van 15 October 1921 tot ver-
hooging van de belasting der gouden en zilveren werken
en wijziging der wet van 18 September 1852, Stbl. 178. Hier
bij werd de belasting op bovengenoemde werken verhoogd
tot een bedrag van f 30,per H.G. goud en f 1,50 per H.G.
zilver.
Ook de essaailoonen werden verhoogd. De in werking
trading van deze wet werd bepaald op den dag na haar
afkondiging.
Bij de wet van 24 December 1921 Stbl. 1409 werd de Zegel
wet 1917 belangrijk gewijzigd en aangevuld. Geheel nieuw
werden ingelascht hoofdstuk lila: van het zegelrecht van
pakhuisceelen en volgbriefjes, en hoofdstuk Illb: van het
zegelrecht van cognossementen, vrachtbrieven en vracht
lijsten en bewijzen van ontvangst van vervoerde goede
ren. 3j Aan een vast recht van 50 ct. zijn thans onder
worpen de bewijzen van opslag, pakhuis- en ontvangceelen,
de volgbriefjes, opdrachten, machtiging en beloften tot af
gifte van goederen, afgegeven door hem, die het recht heeft
om over die goederen te beschikken.
Van belang mag geacht worden de wet van 24 December
1921 Stbl. 1422 tot wijziging van de Invaliditeitswet, waarbij
in afwachting van een meer algemeene wijziging dezer wet
op het punt der loongrenzen en loonklassen, in art. 52, 55 en
354 de loongrens verhoogd wordt van f 2000,tot f 3000,—,
terwijl ook in art. 45 bepaald wordt, dat de arbeider, die
aangeslagen is in de Inkomstenbelasting naar een inkomen
van meer dan f 3000,niet verzekeringplichtig is. Voorts
worden de voorwaarden voor het verkrijgen van ouder
domsrente verzacht. Deze wet trad in hoofdzaak daags na
de afkondiging in werking.
1) BV K.B. van 21 Februari 1922 Stbl. 78 heeft de Min. v. Financiën, getrouw
aan zyne belofte aan de le Kamer, verscheidene bepalingen verzacht. Bij K.B. is
vrijstelling verleend voor volgbriefjes, opdrachten, machtigingen en beloften tot
afgifte van goederen enz., wanneer zij blijkens verklaring van den afgever niet
langer geldig zijn dan voor den dag van afgifte en twee volgende dagen.
Geen zegelrecht is verschuldigd, wanneer de vracht minder dan f 10.— be
draagt, voor cognossementen, vrachtbrieven, vrachtlijsten en andere stukken,
opgemaakt, teneinde over een gedeelte van de in een cognossement, vrachtbrief
of vrachtlijst vermelde goederen te kunnen beschikken.
VERSLAG DER KAMER V. KOOPHANDEL EN FABRIEKEN. 42