48 Si 6 VERSLAG GEMEENTELIJKE SCHOOLARTSENDIENST. Scholen voor Buitengewoon Lager Onderwijs. Het lichamelijk, c.q. geestelijk onderzoek der leerlingen dezer scholen wend systematisch doorgevoerd en de resul taten daarvan in de Individueele Registers genoteerd. Aan Medewerking der Ouders. Ook dit jaar valt daarover niet te klagen. De splitsing van de meeste scholen deed het aantal hoofden bijna ver dubbelen. De kennismaking met de nieuwe hoofden is nog van te korten duur om daarover een meening te zeggen. Vele zijn echter reeds oude bekenden van onzen dienst en staan dus tegenover het doel er van niet meer vreemd. Evenzoo kan echter de medewerking van het overige onder- wijzerskorps niet anders dan geroemd worden. Met oprecht leedwezen zag de Schoolartsendienst het hoofd der O.L. School aan de Van Dijckstraat, de heer J. W. de Jongh, zijn functie neerleggen. In de aller eerste jaren van het .bestaan van den dienst heeft deze aan zijn rijpe ervaring menigen nuttigen wenk te danken gehad; de Schoolartsendienst neemt deze gelegenheid te baat om de medewerking van hem zoowel als die zijner collega’s ge meentelijke inspecteurs van Onderwijs in te roepen onder verklaring van die steeds op hoogen prijs te zullen stellen. Deze inrichtingen zijn meestal bestemd voor rachitische kinderen onder 7 jaar. De uitzending van kinderen door middel der Centrale Commissie voor kinderuitzending naar Buiten kwam, wat de afdeeling ’s-Gravenhage betrof, geheel onder Controle van het Sehoolartsenbureau. Zij neemt jaarlijks toe, en bedroeg in 1921 561 en in 1920 334. Steeds is ook groeiende het aantal kinderen voor wie een uitzending naar hunne eigene familie op het platteland kan mogelijk gemaakt worden. Deze methode heeft het voordeel, dat zij niet aan bepaalde jaargetijden of termijnen gebon den is. De gewone vacantiekolonieverpleging in koloniehuizen maakt een crisis door, omdat de winterverpleging, die in de oorlogsjaren een groote vlucht nam, weder achteruit gaat, en de verpleegkosten, zooals iedereen begrijpt, bij dezen vorm van kinderzorg door de hoogere exploitatie kosten van gebouwen etc. in deze tijden steeds stijgende waren. Een beperkt aantal kinderen werd ook door middel van het Schoolartsenbureau bij de afdeeling ’s-Gravenhage van het Centraal Genootschap van Kinderherstellings- en Vacantiekolonies aangegeven.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1921 | | pagina 1409