I
22
16
VERSLAG DER BRANDWEER.
IX. Brandputten en brandkranen.
X. Brandweertelegraaf.
2o. In den Hoofdpost Rijswijkscheweg: 1 automobiel
motorbrandspuit, 1 éénpaards handspuit op wagen en 1
éénpaards slangen wagen; aantal paarden 1.
3o. In den Hoofdpost Schëveningen: 1 automobiel motor
brandspuit en 1 automobiel stoombrandspuit.
4o. In den Post Daguerrestraat: 1 automobiel motor
brandspuit.
5o. In den Post Theresiastraat: 1 éénpaards slangen
wagen en 1 éénpaards handspuit op wagen; aantal paar
den 1.
Bovendien is nog het volgende materieel aanwezig: 4
éénpaards slangenwagens en 13 handslangenwagens, waar
van één ter beschikking van de militairen, één ten dienste
van de Gemeentewerf en één van den Schouwburg.
Het éénpaards dienstvoertuig voor den Commandant, dat
tevens diende tot vervoer van blusehmaterieel, werd na
eenige veranderingen door de Brandweer, op den 18en Au
gustus overgenomen door de Politie en aldaar in dienst
gesteld tot vervoer van verdachten.
De door werkzaamheden in den grond ten behoeve van
andere dienstvakken, of door slijtage ontstane beschadi
gingen van brandweerkabels, werden steeds zoo spoedig
mogelijk hersteld, zoodat de dienst daardoor niet gestoord
werd.
Het aantal brandkranen in de publieke straat werd met
123 vermeerderd en bedroeg op 31 December 3991, terwijl in
de Gemeentegebouwen aanwezig waren 394 en in de Rijks-
gebouwen 420 binnenbrandkranen.
Op de brandkranen in de Rijks- en Gemeentegebouwen
met de daarbij behoorende slangen werd geregeld toezicht
gehouden.
Noch het aantal brandputten systeem Stang, noch dat
der putten met grachtwater in verbinding staande, onder
gingen wijziging. Hun aantal bedroeg respectievelijk 58
en 34.
Het reservoir aan den Westduinweg, aangesloten aan de
Gem. Duinwaterleiding werd overgegeven aan de Brand
weer.
