5 Rekening. Reserve. Garantiën. Na verhooging met het batig saldo bedraagt de reserve thans f 89.735,43. 4 VERSLAG GEMEENTELIJKE HYPOTHEEKBANK. De verlies- en winstrekening sluit, na aftrek van een be drag van f 4.325,24 ter gedeeltelijke afschrijving van het disagio, met een batig saldo van f 42.885,20®, welk bedrag ingevolge art. 13 der beheersverordening gebezigd zal worden tot vorming van reserve. f 525.000,— aan de Gemeente te vergoeden rente bedraagt voor f 452.256,80, verhoogd met f 10.252,33 voor het ten laste der bank komend disagio, 5ks (5% gemeenteleening Sep tember 1919) en voor f 72.743,20 6 (met inbegrip van disagio) ’sjaars. Op het kapitaal „4% Gemeenteleening Januari 1918” werd op 31 December afgelost een bedrag van f 59.012,21; op het kapitaal „5 Gemeenteleening September 1918” een bedrag van f 2.071,26; op het kapitaal „5 Gemeenteleening 1919” een bedrag van f 65.468,75 en op het kapitaal „514 Gemeenteleening September 1919” een bedrag van f 11.562,73, of in totaal f 138.114,95. Over het opgenomen kasgeld werd rente betaald naar 67« ’sjaars. Ingediend werden 2 aanvragen om garantie op den voet van het raadsbesluit van 2 December 1920 (zie het verslag over dat jaar), welke, evenals 1 uit het vorige jaar over gebleven aanvrage, werden afgedaan. Deze 3 posten be troffen garanties voor door de Rijkspostspaaribank te ver strekken eerste hypotheken tot een gezamenlijk bedrag van f 920.900,—. Aangezien volgens bovenstaand raadsbesluit de Gemeen telijke Hypotheekbank voor geen hooger bedrag garantie kon verleenen dan zij zelve aan eerste hypotheek zou hebben verstrekt, kon zij, in verband met de geschatte ver koopwaarden, één leening ten volle, doch de beide andere slechts ten deele waarborgen. Het verschil tusschen het aldus gegarandeerde bedrag ad f 859.600,en het totaal der door de Rijkspostspaarbank verstrekte leeningen kon ten laste van het Noodhypothekenfonds worden gebracht. (Zie het Verslag van het Noodhypothekenfonds.)

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1921 | | pagina 148