12
57
VEKSLAG DEK GEMEENTEGASFABKIEKEN.
over 1921 is te wachten. Bij de tegenwoordige fabrieatie-
methode bevat het gas zoo weinig cyaan, dat de opbrengst
van bloedloogzout nog slechts als een tegemoetkoming op
de kosten der noodzakelijke zuivering is te beschouwen.
De vorderingen op het Centraal Verrekenkantoor voor
Brandstoffen en de Vereeniging tot regeling van het IJzer-
vervoer zijn nagenoeg afgewikkeld met oplevering van een
saldo, hetwelk bijna geheel aangewend is tot een afschrij
ving van f 263.000,van gedéprécieerde fabrieksinrich-
tingen en voorraadgoederen.
Een vergelijking met de rekening over 1920, het jaar
waarin de begroeting voor 1921 naar de toen bekende ge
gevens werd opgemaakt, leidt slechts tot gevolgtrekkingen,
overeenkomend met die tot welke de vergelijking met de
begroeting aanleiding gaf.
Wanneer de kosten der publieke verlichting worden uit
geschakeld, is het totaal der lasten rond f 1.434.000,lager
dan in 1920, niettegenstaande op Onvoorzien rond f 410.000,
meer is geboekt, en dit is geheel het gevolg van de lagere
Fabricatiekosten en Kosten van verwerking en aflevering
van nevenproducten, welke te zamen rond f 1.882.000,—
minder bedroegen.
De baten, zonder de Restitutie der kosten van de publieke
verlichting, zijn in totaal rond f 1.310.000,lager dan in
1920, hoewel op Bijzondere inkomsten rond f 277.000,meer
verantwoord is en uit Opbrengsten distributie rond
f 58.000,meer werd verkregen. De verklaring hiervan ligt
geheel in de lagere Opbrengsten van gas en van nevenpro
ducten, te zamen rond f 1.644.000,minder dan in 1920.
De mindere lasten tegenover de mindere baten leverden
dus rechtstreeks uit de fabricatie in vergelijking met 1920
een voordeelig verschil op van rond f 238.000,waarbij
komt meeropbrengst uit Distributie rond f 58.000,—, minder
Distributiekosten rond f 11.000,—, minder Rente rond
f 39.000,minder gereserveerd voor Oninbare posten
f 5.000,en meer Bijzondere inkomsten rond f 277.500,te
zamen rond f 628.500,Daarentegen bedroegen meer: On
derhoudskosten 'rond f 67.000,Algemeene onkosten rond
f 7.000,—, Afschrijvingen rond f 8.000,Uitkeeringen aan
de Geeente rond f 11.000,en Onvoorzien rond f 411.000,
te zamen f 504.000,—, zoodat het voordeelig verschil boven
1920 f 124.500,beliep, welk bedrag, gevoegd bij het voor
deelig saldp van dat jaar ad rond f 473.000,het saldo van
1921, groot f 597.500,—, uitmaakt.