18 42 STRAFFEN. Ambtenaren. Werklieden. SCHADEVERGOEDING. In het jaar 1921 werden twee ambtenaren gestraft, en wel één met een schriftelijke berisping wegens plichtsverzuim en één met een mondelinge berisping wegens onbehoorlijk optreden. In het jaar 1921 moest 171 maal een boete lager dan f 0,26 en 2 maal een boete hooger dan f 0,26 worden opgelegd. In 36 gevallen kon met een voorwaardelijke straf, in 89 gevallen met een waarschuwing worden volstaan. In totaal werd in genoemd jaar een bedrag van f 28,74 aan boeten ingehouden. In het jaar 1921 werd in 1 geval eene schadevergoeding opgelegd wegens het doen verloren gaan van gereedschap. VERSLAG GEMEENTEWERKEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1921 | | pagina 581