51
Departement van Arbeid (Hoofdinspecteur voor de Volks
huisvesting).
Zoodra de beschikking van den Minister inzake eenige
premie-aanvrage te dezer kennisse was gekomen of in
dien de Hoofdinspeeteur voornoemd hieromtrent reeds
eerder een voorloopige mededeeling had gedaan werd
de aanvrager hiervan verwittigd. Enkele weken voordat
deze recht zou hebben op betaling van een gedeelte der
premie, werd zulks aan het Departement aangevraagd.
Het groot aantal aanvragen om gelden tot uitbetaling,
hetwelk het Departement bereikte, maakte het intusschen
wenscheljjk, dat maandelijks een bedrag ter beschikking
der Gemeente werd gesteld, opdat deze voor een regel
matige uitbetaling aan belanghebbenden kon zorgdragen.
Daar in de kennisgevingen van den Minister de bepaling
was opgenomen, dat de taxatie voor de hypotheken na vol
tooiing van den bouw zou plaats vinden, bleek het wensche-
lijk, dat maatregelen werden getroffen, waardoor reeds
vóór den aanvang van den bouw de aanvragers zich een
denkbeeld konden vormen van de wijze, waarop zou worden
getaxeerd, zoomede een maatstaf werd verkregen, waarnaar
het bouwcrediet zou kunnen worden bepaald.
De beide taxateurs van de Gemeentelijke Hypotheekbank,
zoomede de beide personen, die door de Bouwkundige Ver-
eeniging „Onderneming en Vrijheid” waren aangewezen
om voor hare leden te taxeeren, bleken bereid een voor
loopige taxatie voor den aanvang van den bouw te ver
richten, alsmede tijdens den bouw dezen te controleeren,
teneinde meerdere zekerheid omtrent de wijze van uit
voering te verkrijgen.
Ter voorlichting van de aanvragers werden „Mededeelin-
gen betreffende verleening van premies, hypotheken en
bouwcredieten” gedrukt, dezerzijds samengesteld uit de
verschillende Ministerieele beschikkingen en de conclusies
van de aan het eind van het vorig jaar gehouden bespre
kingen met den Hoofdinspecteur van de Volkshuisvesting-,
het Bestuur van „Onderneming en Vrijheid” en de directie
der Gemeentelijke Hypotheekbank.
Op advies van dezen Dienst en van de Directie der Ge
meentelijke Hypotheekbank werden de bedragen aan bouw
crediet door Burgemeester en Wethouders bepaald en na
opneming van den stand van den bouw door personeel van
dezen Dienst, door de Gemeentelijke Hypotheekbank betaal
baar gesteld. Hierbij moet er rekening mede worden ge
houden, dat de vanwege het Departement bepaalde totaal
bedragen gelijk of hooger waren dan de dezerzijds vast
gestelde.
VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING.