20 5 VERSLAG BOUW- EN WONINGTOEZICHT. JAAR. III. Verbetering van woningen, onbewoonbaar- verklarin g, enz. Toeneming van het woningaan- tal. Toeneming van het bevolk ings- aantal. Totaal aantal wo ningen. Totaal aantal in woners. 6123 7163 10572 942!) 12207 9563 7461 7516 5641 4623 294689 301852 312424 321853 334060 344623 352084 359600 365241 369864 1727 1569 1552 951 1519 2199 1359 1345 1428 2962 67619 69188 70740 71691 73210 75409 76768 77388* 78816 81778 4,36 4,36 4,42 4,49 4,56 4,57 4,59 4,65 4,63 4,52 1912 1913 1914 1915 1916 1917 1918 1919 1920 1921 Wegens de ongunstige economische verhoudingen werd de verbetering van woningen tot het strikt noodzakelijke beperkt. In verband met de schromelijke verwaarloozing, in het bijzonder van de huurwoningen, moest echter op grooter schaal dan in vorige jaren verbetering verlangd worden. De verwaarloozing wordt toegeschreven aan de hooge loo- nen der bouwvakarbeiders, welke bij onderhoudswerken, in vergelijking met de kosten van materialen, van nog meer belang zijn dan bij nieuwbouw en aan de omstandig heid, dat tengevolge van het woninggebrek ook voor een slecht onderhouden woning steeds een huurder te vinden is. Vaststelling van het rooster, bedoeld in artikel 108 2 der Bouw- en Woonverordening, met betrekking tot het stelselmatig verbeteren van huisrioleeringen, bleef wegens de hooge kosten ook voor het jaar 1922 achterwege. Verbetering van de rioleering werd alleen verlangd in die gevallen, waar uitstel niet toelaatbaar was. Dit aantal H V erhoudings- cijfer jtussehen het i woningaan- tal en aantal I inwoners. Dit aantal is gegrond op de uitkomst van de in 1919 gehouden Ryks- mingtelling; het wijkt af van het op den voet van de in 1916 gehouden sningtelling berekende aantal.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1921 | | pagina 714