BJjlage 25
JAARVERSLAG der Gemeentelijke Bioscoop
commissie over 1921.
In den loop van het jaar kwam in de samenstelling van
de Commissie, wat het ledental betreft, eene belangrijke
wijziging.
Waar toch het ledental in den aanvang van het jaar 28
bedroeg, breidde dit zich uit tot 65; 43 nieuwe leden werden
benoemd, terwijl een zestal voor het lidmaatschap bedankte.
Van het bestuur bedankten ongeveer op het einde van
het jaar de heer F. A. Koch, Ondervoorzitter en Mejuffr.
Mr. Lida Francois als Secretaresse-penningmeesteresse.
Gaarne wordt in dit jaarverslag een woord van dank
gebracht voor de vele werkzaamheden en toewijding door
haar in deze functie vervuld.
Met ingang van 14 December 1921 werd als Secretaris
benoemd de heer J. van Oest.
De volledige ledenlijst zal wederom aan dit verslag wor
den toegevoegd benevens een afschrift van de rekening en
verantwoording.
Op het einde van het jaar lieten alle hier ter stede ge
vestigde bioscoop-directeuren hunne programma’s door de
Commissie keuren. Dit in tegenstelling van het jaar 1920,
toen slechts een vijftal bioscopen zich aan de keuring onder
wierpen. Vorenstaande is een gevolg van de invoering der
z.g. „dubbele keuring”.
Van 1 Januari 1921 tot en met 21 October d.a.v. werden
434 films gekeurd, waarvan 143, derhalve bijna 33 als
ongeschikt voor kinderen tot den leeftijd van 16 jaar wer
den bevonden. Bovengenoemde keuringen zijn nog geschied
volgens de oude methode, n.l. beoordeeling der geschiktheid
of ongeschiktheid tot den zestien-jarigen leeftijd.
Sedert 11 November 1921, is een andere methode, de z.g.
dubbele keuring toegepast. Vanaf dien datum werd dooi
de Commissie beoordeeld:
le. de geschiktheid of ongeschiktheid tot den leeftijd van
14 jaar en
2e. de toelaatbaarheid of ontoelaatbaarheid voor den
leeftijd van 14 tot 18 jaar.
