26 11 VERSLAG GEMEENTEZIEKENHUIZEN. slaande deuren met een galerij verbonden. Alle vertrekken bevonden zich dus gelijkvloers. De verwarming geschiedde, evenals in de overige ba rakken met uitzondering echter van de operatieve af- deeling door kachels, geplaatst op ijzeren en eterniet- platen en door schermen omgeven. Op 1 Maart, tegen 3 uur ’s nachts, ontwaarden de wacht- zusters en de vroedvrouw aan het plafond rondom de pijp van de kachel, welke in gang stond, een rooden gloed; onmiddellijk werd de portier per telephoon gewaarschuwd, die op zijn beurt door middel van de brandschel, welke zich in zijn kamer bevindt, de Brandweer alarmeerde. Tegelijkertijd werd door een politiepost de brand op het dak waargenomen, hetgeen het vermoeden rechtvaardigt, dat de brand tusschen plafond en dak is aangekomen. De Brandweer was binnen enkele minuten ter plaatse.' doch de vlammen grepen zoo snel om zich heen, dat aan het behoud van de barak niet te denken viel en de Brand weer haar aandacht moest wijden aan de aangrenzende gebouwen. De zusters, die in een barak naast die waar de brand uitbrak waren gehuisvest, waren oogenblikkelijk ter plaatse om hulp te verleenen en brachten de patiënten, voor zoover deze niet loopen konden, naar een der andere ge bouwen over. Hoewel de windrichting gelukkig van dien aard was, dat de vonken niet op het terrein van het ziekenhuis doch in de omliggende duinen terecht kwamen, was het toch zaak twee aangrenzende barakken te ontruimen. De pa tiënten werden van daar uit in enkele andere lokaliteiten, o.a. bij den portier, ondergebracht. Door iedereen zijn taak aan te wijzen kon alles op volmaakt ordelijke wijze ge schieden. Toen na verloop van ongeveer een uur barak 8 uitge brand en volgens den brandmeester het gevaar geheel ge weken was, werden de patiënten naar de ontruimde ba rakken teruggebracht. Met het oog op den afstand van eenige honderden meters, werd daarbij gebruik gemaakt van twee auto’s, daartoe terstond bereidwillig afgestaan door den Gemeentelijken Geneeskundigen Dienst. De zusters stelden onmiddellijk hare bedden ter beschikking van de patiënten, zoodat vóór 6 uur ’s morgens alle patiënten weder te bed lagen. Gelukkig zijn geen menschenlevens te betreuren, hetgeen voor een groot deel mag worden toegeschreven aan het beleidvol optreden der zusters, daarbij trouw ter zijde gestaan door het politiepersoneel.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1921 | | pagina 818