3
VERSL. VISSCHERIJ- EN ZEEVAARTSCH. SCHEVENINGEN.
Personeel.
lager onderwijs (ongeveer 1 jaar H.B.S.), opleidende voor
het eindexamen volgens programma A;
3e. een cursus, opleidende voor het examen van 3en
stuurman.
In totaal zijn er nu 2 eerste klassen, ml. la en 1b, 2 tweede
klassen 2a en 2b en 1 asp. derde-stuurlieden-klasse.
De leerstof in de klassen van de twee-jarige cursussen
omvat:
rekenen, algebra, meetkunde, stereometrie, vlakke- en
boldriehoeks-meting, sterrekunde, zeevaartkunde, werk
tuigkunde, instrumenten, meteorologie, scheepsbouw, zee
manschap, schiemannen, scheepswetgeving, scheepswerk-
tuigkunde, natuur- en scheikunde, Nederlandsch, Engelsch,
aardrijkskunde, teekenen, gymnastiek, praktisch seinen,
roeien en zeilen.
Het onderwijs in de asp. derde-stuurlieden-afdeeling om
vat alleen die vakken, moodig ter verkrijging van het di
ploma van 3en stuurman.
Van de 16 leerlingen konden er, na gehouden examen in
September 1922, 12 tot de 2e klasse worden toegelaten, ter
wijl 2 tusschentijds de school hebben verlaten. Van de 12
jongens van het tweede studiejaar slaagden er voor het
eindexamen 12. Deze jongens zijn allen als stuurmansleer
ling naar zee gegaan. Alle leerlingen van 1b zijn verhoogd
(12 totaal).
In Juli werd het toelatingsexamen gehouden voor de 1ste
klasse A, waaraan 19 jongens deel namen.
Van de 19 slaagden er 12, terwijl 3 jongens zonder examen
konden worden toegelaten. In klasse 1b werden 14 leer
lingen toegelaten.
Op 1 Januari 1923 was het aantal leerlingen der 1ste
klasse A 16, dat der 1ste klasse B 14, dat der 2de klasse A
13, dat der 2de klasse B 12 en dat der asp. derde-stuurlieden-
afdeeling 9.
De leeftijd der cursusleerlingen varieert van 15 tot 20
jaar en die der adsp. derde-stuurlieden van 18 tot 26 jaar.
In de Raadsvergadering van 12 September 1921 werd J.
de Neef benoemd tot leer aar in de wis- en zeevaartkunde,
welke benoeming is ingegaan op 1 Januari 1922.
Bij Raadsbesluit van 7 Augustus 1922 zijn benoemd voor
den duur van den cursus 1922/1923:
tot tijdelijk leeraar in de wis- en zeevaartkunde: E.
Gelpke; tot tijdelijk leeraar in de Engelsche taal: J. W.
de Klein.
