7
14
VERSLAG MAATSCHAPPELIJK HULPBETOON.
band met hunnen vergevorderden leeftijd, met pensioen
zouden verlaten, thans kan worden medegedeeld, dat ge
noemd echtpaar per 15 April 1922, op de meest eervolle
wyze werd ontslagen door het College van Burgemeester
en Wethouders, onder dankbetuiging voor de vele en uit
stekende diensten der Gemeente bewezen. Als plaatsver
vangers werden door Burgemeester en Wethouders be
noemd de heer H. Boender en echtgenoote, die met ingang
van denzelfden datum deze betrekking aanvaardden.
Met ingang van 1 Maart 1922 werd eene verpleegster,
Mejuffrouw G. Bos, werkzaam gesteld ter verzorging van
zieke en hulpbehoevende verpleegden. Om meerdere zorg
aan keuken en naaikamer te besteden, werd met ingang
van 1 September 1922 benoemd Mejuffrouw G. van Ton-
gerloo tot hulphuishoudster, voordien in soortgelijke be
trekking werkzaam bij de Gemeenteziekenhuizen te dezer
stede.
Opmerking verdient, dat vanaf 1 Juli 1922 de voornaam
ste voedingsmiddelen gemeenschappelijk met de Gemeen
teziekenhuizen werden aanbesteed, waardoor uiterst con-
curreerende prijzen werden bereikt.
Regelmatig wordt thans ook ten opzichte van de aan te
koopen goederen deze samenwerking tusschen genoemd
bedrijf en onzen dienst gezocht.
Verder wordt de aandacht gevestigd op het feit, dat de
banken in de conversatiezalen, door stoelen zijn vervan
gen, terwijl bovendien tot aanschaffing van een vijftigtal
ziekenstoelen werd overgegaan. Nog meerdere plannen
t.o.v. centrale verwarming, badinrichting, enz., zijn in
voorbereiding. Verder verleende ons Bestuur toestem
ming nu en dan muziekuitvoeringen te geven; daartoe
werden vereenigingen van verschillende richting bereid
gevonden.
Ook nu kon, als vorige jaren, worden geconstateerd, dat,
hoewel meermalen straffen aan enkelen moesten worden
opgelegd, over het gedrag der verpleegden in het alge
meen niet bijzonder viel te klagen. Er heerschte onder hen
een goede verstandhouding.
Drankmisbruik was in de meeste gevallen de oorzaak
der opgelegde straf.