L
12
I
18
VERSLAG DER GEMEENTEGASFABRIEKEN.
Hierin zijn begrepen:
minder
136
7
Voor industriëele doeleinden.
Verbruik in M3.
Aantal Verbruikers.
Meer
331.046
Minder
20
Aangesloten gasmotoren:
Minder
224
8
De grootste capaciteit was 85, de kleinste 1 P.K.
In 1922
In 1921
181
201
1.238.153
907.107
Per Meterlicht.
77,29 M3. in 1922.
77,20 1921.
P.K.
436
660 */4
Motoren.
32
40
Berekend over het gemiddeld aantal verbruikers dezer
categorie, bedroeg in 1922 het gemiddeld verbruik 6.482 M3.;
in 1921 4.436 M3.
Het verbruik over gewone meters door particulieren en
gemeentegebouwen, omgeslagen over het gemiddeld aantal
meters en meterlichten bedroeg:
Per Meter.
601,74 M3.
tegen 589,27
Op 31 December 1922
31 1921
Meterlichten.
17.522
17.658
V ei ligheidsm eters.
1.373
1.380
Op 31 December 1922
31 1921
De prijs van het gas voor industriëele doeleinden was
gelijk aan dien voor algemeene doeleinden, uitgezonderd
voor die Nijverheidsbedrijven, waarvan het verbruik méér
dan 6.000 M3. per maand bedroeg.
Gemiddeld aantal meterlichten per verbruiker over
gewone meters op 31 December 1922 7,84, op 31 Decem
ber 1921: 7,73. Voor de veiligheidsmeters in 1922: 12,76; in
1921: 12,80.