By lage 16
I. Personalia.
VERSLAG omtrent den Gemeentelijken Haven
dienst over het dienstjaar 1922.
Commissie van Bijstand. Deze Commissie heeft gedurende
het verslagjaar bestaan uit de Heeren L. Buurman, J. J.
Verburg, K. Vink en Mr. A. C. Crena de long, terwijl de
Wethouder voor de Gemeentebedrijven, de Heer A. C. A.
van Vuuren als Voorzitter optrad.
Personeel. Op 31 December 1922 bestond het personeel uit
52 ambtenaren en beambten (Algemeene dienst 6, Visschers-
haven 9, binnenhavens en vaarten 37).
Evenals gedurende het vorige jaar, werd ook dit jaar de 2e
Slaehthuisbrug bediend door de brugwachters van de le
Slaehthuisbrug, zoodat daarvoor nog geen uitbreiding van
personeel noodzakelijk was.
De gezondheidstoestand van het personeel gedurende het
verslagjaar was verre van gunstig te noemen. Het totaal
aantal ziektedagen voor het geheele personeel was 1173
tegen 296 in 1921. Voor het personeel in Algemeenen Dienst
was het aantal ziektedagen 2,2 van het totaal aantal
werkdagen, voor dat der Vissehershaven 4,7 en voor dat
der binnenhavens 9 Voor het jaar 1921 waren deze cijfers
resp. 1,1 2,7 en 1,3
Het uitbetaalde ziekengeld bedroeg f 6785,90.
Evenals gedurende de vorige jaren, werd de dienst der
havengaarders bij verlof of ziekte zooveel mogelijk waar
genomen door den zevenden havengaarder, terwijl dit voor
de brugwachters uitsluitend geschiedde door noodhulp-
personeel.
Bij besluit van den Gemeenteraad van 2 Januari 1922
vond een technische herziening plaats van de verordening,
regelende de bezoldiging van het personeel vallende onder
het Ambtenarenreglement en van het verplegend personeel
van het Gemeenteziekenhuis. Voor vrijwel het geheele per
soneel van den Gemeentelijken Havendienst kwam deze
regeling practised hierop neder, dat de duurtebijslag van