16
3
VERSLAG GEM. HAVENDIENST.
voor
voor
Evenals in den aanvang van 1921, oefenden ook in liet
begin van het verslagjaar de slechte resultaten van de
voorafgaande haringvisscherij een noodlottigen invloed
uit op den ondernemingsgeest der reederijen, zoodat het
vermoeden gewettigd was, dat relatief weinig vaartuigen
aan de trawlvisscherij zouden deelnemen.
Aan het uitrusten der vaartuigen voor deze visscherij
zijn immers betrekkelijk hooge kosten verbonden, en waar
zij nog vrijwel nimmer, behalve in de oorlogsjaren, voor
de reederijen gunstige finaneieele resultaten heeft afge
worpen, valt deze weinige animo van de zijde der reede
rijen wel te verklaren.
Daarbij kwam nog, dat de toestand der buitenhaven zoo
danig was, dat zelfs kleine vaartuigen meermalen bleven
vastzitten en men derhalve kon voorzien, dat het in- en uit
varen van loggers groote bezwaren met zich mede zou
brengen.
Toch waren eind Januari 34 loggers uit de haven ter
trawlvisscherij vertrokken.
Door den verkregen steun van Rijk en Gemeente, hoe
wel deze steun f 250,per schip minder was dan het vorige
jaar, en aangemoedigd door de vrij hooge besommingen,
welke in het begin van het jaar door enkele vaartuigen
werden gemaakt, waren spoedig een 70-tal vaartuigen in zee.
De vangsten waren echter gering en de prijzen der visch
daalden. Deze werden vooral gedrukt door de groote aan
voeren van versche visch te IJmuiden, welke daar in groote
hoeveelheden door Duitsche stoomtrawlers werd aange
bracht. Als gevolg hiervan bleven gedurende bijna het
geheele verdere trawlseizoen de prijzen van versche visch
op een zeer laag peil; alleen toen reeds een groot gedeelte
der trawlers de visscherij had gestaakt, rezen zij eenigszins.
Tot einde Juni hebben 68 loggers, 1 motorkotter en 4
Deze vaartuigen deden in totaal 1096 reizen, waavan 831
op deze haven, 190 op IJmuiden en 5 op Vlaardingen.
Het kleinste aantal reizen, dat een vaartuig deed, was 3,
het grootste aantal 34; 36 vaartuigen deden 310, 17 vaar
tuigen 1119, 11 vaartuigen 22—30, één vaartuig 31 en één
34 reizen.
Gedurende het voorgaande jaar deden 52 loggers, 1
motorkotter en 1 sleepboottrawler 535 reizen op deze haven
en 45 op andere havens.
In den loop van het jaar werd te Scheveningen
f 485.642,54 aan versche visch aangebracht tegen
f 699.888.65 in 1921.