Bijlage 21
D.
5»
A.
B.
C.
JAARVERSLAG van de Schoonheidscommissie
voor de Gemeente ’s-Gravenhage over 1922.
69
182
300 stuks.
227
Ingevolge de instructie van de Schoonheidscommissie
werden aanvang Mei 1922 de afdeelingen opnieuw gevormd
en als volgt samengesteld:
Afdeeling A: de heeren W. van Boven, Voorzitter, H.
Groenewegen, plaatsvervangend Voorzitter, C. W. Lunsingh
Scheurleer.
Afdeeling B: de heeren H. v. d. Kloot Meijburg, Voor
zitter, Ir. D. Roosenburg, plaatsvervangend Voorzitter, Mr.
Dr. R. S. Bakels.
Afdeeling C: de heeren Ir. W. de Vrind Jr., Voorzitter,
A. J. Kropholler, plaatsvervangend Voorzitter, Mevr. A. E.
v. Braam Hmiekgeest—Schroot.
De Commissie legde zich neer bij het vóórnemen van
Burgemeester en Wethouders om het vacatiegeld te ver
minderen. Het desbetreffende artikel in de instructie werd
dientengevolge gewijzigd, zoodat in plaats van f 10,
vacatiegeld, f 8,moet worden gelezen.
Met door de Schoonheidscommissie zeer gewaardeerde
welwillendheid stelde de Directeur van Bouw- en Woning
toezicht ook dit jaar zijn kamer beschikbaar voor de ver
gaderingen der Schoonheidscommissie.
Gedurende 1922 werden door de Commissie 52 vergade
ringen gehouden en kwamen 804 aanvragen (bovendien 5
aanvragen voor plaatsing van 21 benzinepompinstallaties)
waarvan 8 stuks ultimo December nog in behandeling
waren en waarvan 18 stuks werden ingetrokken, zoodat het
aantal aan Burgemeester en Wethouders verstrekte ad
viezen 778 bedraagt, waarvan enkele door den Secretaris
zijn verstrekt. Deze adviezen (betreffen aanvragen verdeeld
in de volgende rubrieken:
aanvragen voor nieuwbouw
verbouwingen
wijziging van goedge
keurde ontwerpen
reclame