te
10
j
oude kortere schot werd loodrecht op den achterwand ge
plaatst, naast de deur naar het Panorama, waardoor die
uitgang met de zijdeuren gemaskeerd werd. Door deze
nieuwe plaatsing der schotten werd aanzienlijk aan wand-
vlak gewonnen.
4o. In de groote zaal, waar tot dusverre de meester
werken der Haagsche school hingen, werd een lichtgrijze
wandbekleeding overgenomen van de Indische tentoonstel
ling en langs de boven- en onderrand in de stompe hoeken
met zwart band afgezet. Deze zaal werd zoodoende geschikt
voor moderner werk.
Bij het plaatsen der kunstwerken kon nu de chronolo
gische volgorde volgehouden worden. In de voorvestibule
kwamen eenige groote meer decoratieve werken (Toorop’s
tegeltableau, Konijnenburg’s ontwerpen voor affiche’s,
Zwitsersche affiche’s), in de binnenvestibule affiche’s van
Toorop, Thorn Prikker, Roland Holst, de Toulouse Lautrec.
23 VERSLAG DIENST VOOR KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.
VII. Verzameling Bredius, Princegracht 6.
Met een enkel woord werd hiervoor reeds erkentelijk
melding gemaakt van de verwerving der verzameling-
Bredius in den loop van het verslagjaar. Hier dient bij dit
heugelijk feit langer te worden stilgestaan.
Toen Dr. A. Bredius het voornemen had opgevat het land
voorgoed te verlaten, legde hij ondergeteekende het denk
beeld voor zijn verzameling schilderijen, meubelen en voor-
werpen van Kunstnijverheid aan de Gemeente gedurende
zijn leven in bruikleen af te staan, wanneer de Gemeente
zijn woonhuis aan de Princegracht zou koopen, opdat alles
daar op den ouden voet publiek zou kunnen worden ten
toongesteld. Ondergeteekende deed onmiddellijk aan Uw
College het voorstel op dezen basis met Dr. Bredius te
onderhandelen, waarvan het eindresultaat was, dat de Ge
meenteraad op 27 Febr. besloot tot den aankoop van bedoeld
perceel, het bruikleen aanvaardde en tevens het geschenk,
dat Dr. Bredius tegelijkertijd voor de Gemeentelijke ver
zamelingen bestemde: een groot werk van Jan Steen, voor
stellende een episode uit de fabel van den „Satyr bij den
Boer”.
Op deze wijze is thans onder beheer van mijn Dienst een
nieuw Museum gekomen, dat een groote aanwinst voor de
Gemeente beteekent en daar Dr. Bredius als zijn bedoeling
heeft kenbaar gemaakt, dat in de toekomst het bruikleen
in een legaat zal overgaan op den duur nog grooter be-
teekenis zal krijgen. De geheele verzameling omvat 140
schilderijen, waaronder verschillende (Rembrandt, Steen,