29 II. Spijswetten. 27 VERSLAG VAN DEN KEURINGSDIENST VAN WAREN. H. Cacao en Chocolade. Van een aantal monsters cacao werd bepaald het gehalte aan vet. Voorts werd door een microscopisch onderzoek G. Spijsoliën en Spijsvetten. I. Spijsoliën. a. In het begin van dit jaar werden nog al eens partijen bak- of raapolie aangetroffen, die vervalscht waren door bijmenging van minderwaardige oliesoorten. Dergelijke 'partijen werden voor menschelijk gebruik ongeschikt ge maakt door bijvoeging van een zeepoplossing. Bij een tweede onderzoek tegen het einde van het jaar ingesteld kwamen dergelijke vervalschingen bijna niet meer voor. b. Uit een onderzoek naar de samenstelling van eenige in den handel voorkomende soorten olijfolie is af te leiden, dat deze allen voldeden aan de met betrekking tot deze oliesoort in den Codex alimentarius II gestelde eisehen, nimmer kon bijmenging van minderwaardige oliën worden geconstateerd. a. Bij de onderzochte monsters margarine bleef het water- gehalte regelmatig beneden de grens van 16 procent. Bij voederingsproeven met dieren bleken alle soorten deug delijk. Het gehalte aan conserveermiddelen was in sommige soorten veel te hoog. De talrijke margarinesoorten, die onder den naam „mé lange” worden verkocht bleken in den regel geen aantoon bare hoeveelheden boter te bevatten en zoo daarin boter werd aangetroffen, was de hoeveelheid zoo gering, dat van een mélange d.w.z. een mengsel van boter en margarine niet kon worden gesproken. Een monster verkocht onder den naam roomboter-mé- lange bleek ongeveer 15 boter te bevatten en kon dus op dien naam aanspraak maken, ofschoon het percentage boter zeer gering is. Hij, die werkelijk een product wil ge bruiken, dat evenals in de crisisjaren een voldoende hoe veelheid boter bevat, koopt margarine en boter en mengt deze vetten in de verhouding, die hem goeddunkt, met elkaar. b. Bij het toezicht op rundwet en reuzel werden geen aan rundvet onderscheidenlijk aan varkensvet vreemde vetten aangetoond. Slechts een party reuzel werd aangetroffen welke te zuur was. c. De onderzoekingen van bak- en braadvet, het surrogaat van rundvet, geven tot geen bijzondere opmerkingen aan leiding.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1922 | | pagina 814