30
ONTSM ETTINGSIU ENST.
30
Kon reeds in de verslagen over de jaren 1920 en 1921
worden geconstateerd, dat het aantal aangegeven gevallen
van besmettelijke ziekten eene groote vermindering aan
toonde, thans kan wederom worden vastgesteld dat deze
gunstige factor ook in 1922 aanwezig is, percentsgewijze
zelfs in nog sterkere mate dan in de beide eerstgenoemde
jaren. Deze daling vertoonde zich bij alle in de Wet ge
noemde ziekten, met uitzondering van febris typhoïdea,
waarvan het aantal gevallen slechts in mindere mate
afnam en meningitis cerebrospinalis epidemica, waarvan
in 1922 evenals in 1921 2 gevallen werden aangegeven.
Het aantal aangegeven gevallen van scabies daalde zelfs
met meer dan 50 en bleef dit jaar verre beneden dat van
1918, het eerste jaar, waarin de wet van 4 December 1872
(Staatsblad 134) op deze ziekte toepasselijk is verklaard.
Een meer gedetailleerd overzicht geven de op pagina 32
voorkomende staatjes.
Voornamelijk echter als gevolg van het feit, dat de eca-
bies-bestrijding bleef voortgaan, èn omdat het aantal zuive
ringen van ongedierte van woningen steeds grooter werd,
bleef de omvang van het ontsmettingswerk nog belangrijk
boven het normale van vóór den oorlog.
Ook in 1922 hadden op het gebied van besmettelijke ziek
ten geen buitengewone voorvallen plaats en behoefden
derhalve geen bijzondere maatregelen te worden genomen.