Personeel. III. Visschery- en Zeevaartschool. Hieronder volgen eenige gegevens, welke op beide scholen betrekking hebben. Bij Raadsbesluit van 16 Juli 1923 is F. P. Bustraan, die tydelyk werkzaam was, benoemd tot leeraar in 'scheeps- werktuigkunde in vasten dienst, ingaande 1 September 1923. In de Raadsvergadering van 9 April 1923 is aan I. J. van Heyningen, leeraar in de scheepswerktuigkunde, op zijn verzoek eervol ontslag verleend te rekenen van 1 Maart 1923 af. eindexamen 20. Deze jongens zijn allen als stuurmansleer ling naar zee gegaan. In Juli werd het toelatingsexamen gehouden voor de 1ste klasse A, waaraan 35 jongens deelnamen. Van de 35 slaagden er 14, terwijl 2 jongens zonder examen konden worden toegelaten. In klasse 1b werden 15 leerlingen toegelaten. Op 1 Januari 1924 was het aantal leerlingen der 1ste klasse A 18, dat der 1ste klasse B 15, dat der 2e klasse A 13, dat der 2e klasse B 15 en dat der asp. derde-stuurlieden- afdeeling A 13. In 1923 slaagden er voor het examen van 3en stuurman 18 leerlingen. Hiervan waren 6 leerlingen van de asp. 3e stuurlieden afdeeling B (1 eandidaat werd voor 2 maanden afgewezen). De leeftyd der cursusleerlingen varieert van 16 tot 20 jaar en die der asp. derde-stuurlieden van 18 tot 26 jaar. De aanstellingen van de volgende tijdelijke leeraren zijn verlengd voor den duur van den cursus 1923/1924: 1. E. Gelpke, tydelyk leeraar in wis- en zeevaartkunde (Raadsbesluit van 16 Juli 1923); 2. J. Karst, tydelijk leeraar in scheepsbouw en zeemanschap (Raadsbesluit van 19 November 1923); 3. J. W. de Klein, tydelijk leeraar in Engelsche taal (Raads besluit van 19 November 1923). 4 46 VEKSL. VIS8CHEBU- EN ZEEVAABT8CH. SCHEVENINGEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1923 | | pagina 1142