By lage 15 VERSLAG omtrent den Gemeentelijken Havendienst over het dienstjaar 1923. Commissie van Bijstand. Deze Commissie bestond gedu rende de eerste helft van het verslagjaar uit de heeren L. Buurman, J. J. Verburg, K. Vink en Mr. A. C. Crena de longh, onder Voorzitterschap van den Wethouder voor de Gemeentebedryven, den heer A. C. A. van Vuuren. In de Raadsvergadering van den 16en Juli 1923 werden tot leden van deze Commissie gekozen de heeren F. G. van Duuren, R. P. M. Peters, J. J. de Niet en Mr. A. C. Josephus Jitta, terwijl de heer M. Vryenhoek eerst en daarna de heer F. N. V. Quant als Voorzitter optrad. Personeel. Verscheidene veranderingen hadden gedurende het verslagjaar in de formatie van het personeel plaats. In de eerste plaats werd de constructie van de brug aan de Rijnstraat zoodanig veranderd, dat deze brug door één, in plaats van door twee man bediend kon worden. Deze ver andering, welke reeds in 1919 door ondergeteekende was voorgesteld, kwam den 9en Juli van bet afgeloopen jaar tot stand. Dit beteekende eene vermindering van het personeel met drie brugwachters. Voorts had den len Juli van het verslagjaar de samen smelting plaats van Loosduinen met Den Haag. Het directe resultaat voor den Haventlienst was, dat de dienst aan het Havenkantoor Loosduinscheweg zoodanig verminderde, dat aldaar twee havengaarders overbodig werden. Deze beide havengaarders werden met ingang van 1 November be noemd tot brugwachter ter voorziening in eenige vacatures. Evenals gedurende de vorige jaren, werd ook gedurende het verslagjaar de 2e Slachthuisbrug nog bediend door het personeel van de le Slachthuisbrug, zoodat daarvoor nog geen uitbreiding van personeel noodig was. De 2e klerk werd met ingang van 1 Januari 1923 bevor derd tot administratief ambtenaar A. Wegens opkomst voor eerste oefening ingevolge art. 77 1. Personalia.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1923 | | pagina 469