71 o.m. terzake 8 208 144 32 17 650 12 252 139 54 47 Op 31 December 1923 stonden ingeschreven 98 loge menten, (waaronder slaapsteden), 135 pensions, 520 loka liteiten, w’aar met vergunning sterken drank in het klein werd verkocht (met uitzondering van de bijzondere- en de logementsvergunningen), 104 restauratiën, 66 uitdra gerijen, 81 varkensbewaarplaatsen, 190 mestverzamelin- gen, 74 stationneerende rijtuigen, 162 stationneerende automobielen, 5 straatmuzikanten, 70 bestellers, 13 weg wijzers (guides), 4 huizen, waarin gelagen worden gezet ën die vóór den vastgestelden tijd geopend mochten zijn, 1036 houders van hondenkarren, 1069 hondenkarren, 4239 houders van handkarren, 11912 handkarren. Ingevolge artikel 12 der Veiligheidswet werden geen ongelukken aangegeven. Het aantal plaatsen, waarin op 31 December 1923 ar beid werd verricht door jongens en meisjes beneden de 18 jaar, bedroeg 3850. Het aantal vrouwen, dat daar ar beid verrichtte, l>edroeg 3600. Het aantal aldaar gehouden inspectiën, ter controle van de richtige naleving der bepalingen van de Arbeids wet, bedroeg 11414. Aan 812 hoofden van ondernemingen werd toege staan voor een bepaalden tijd den arbeid van de in hun nen dienst zijnde arbeiders te doen voortduren langer dan het voor hun bedrijf vastgestelde uur. Gedurende het afgeloopen jaar werden geregistreerd 10905 opgemaakte proeessen-verbaal, waaronder 6760 terzake overtreding van Rijkswetten, 4144 terzake over treding der Algemeene Politieverordening en 1 terzake overtreding van het Provinciaal-Reglement. Onder deze proeessen-verbaal waren er misdrijven: Misdrijven tegen het leven Mishandeling Beleediging Wederspannigheid Huisvredebreuk Diefstal Heling Verduistering Bedrog Valschheid in geschrifte Vernieling of beschadiging 'i

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1923 | | pagina 73