72 4 2 3 7 9 5 8 4 125 11 11 20 1470 H' In 1923 werden wegens desertie zes schepelingen ver volgd, van wie drie minderjarig waren. Gedurende de geheele visscherij in 1923, werd éénmaal de toepassing gevraagd van Art. 402 van het Wetboek van Koop handel, om onwillige schepelingen tot hun verhuurden dienst te verplichten. De Scheveningsche vloot bestond op 31 December 1923 voor zoover zeevisschersvaartuigen betreft, uit 19 stoom- of motorschepen, 180 zeilloggers, en voor zoover zee- en kustvisschersvaartuigen betreft, uit 33 zee- en kust- en 32 kustvisschersvaartuigen. Volgens de administratie der aanmonstering, namen Door den Waterschout wordt, voorzoover betreft de aanmonstering van scheepsvolk enz., het volgende medegedeeld: Onder No. 20 der bijlagen treft men aan het verslag van het Bouw- en Woningtoezicht, 5 wijken en 3 rijwielblokken. 11 4 10 6 18 11 11 5 Misdrijven tegen de zeden Dierenmishandeling Bedelarij Landlooperij Dronkenschap De geconstateerde schade door misdrijf veroorzaakt bedroeg f 1.343.506,52. 3 agenten waren het afgeloopen jaar ter beschikking gesteld van den Ambtenaar van het Openbaar Ministe rie bij het Kantongerecht alhier, om de Rijksveldwacht behulpzaam te zijn bij het opsporen van veroordeelden tot hechtenis of vervangende hechtenis. Het aantal bewakingskringen was: in de le Sectie 2e 3e 4e 5e 6e 7e 8e 9e >9 99 99 99 99 99 W 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99 99

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1923 | | pagina 74