13 7 VERSLAG VAN HET OPENBAAR SLACHTHUIS. Graskalf. Rund. VINDPLAATS. Levend. 1 Levend. 4 1 1 1 1 bedroeg 395 48 maal. Uitwendige kauwspier Hart Inwendige kauwspier i Uitw. kauwspier en hart Uitw. en inw. kauwspier Inw. kauwspier en hart Middenrif Uitw. en inw. kauwspier, hart en middenrif Actinomycose (straalschimmelziekte, overdraagbaar op den mensch) werd aangetroffen bij 19 runderen en 1 gras kalf (aan tong of kaak). Van de besmettelijke veeziekten werden de volgende waar genomen: Cysticcrus inermis (blaasworm of fin, d.i. een lintworm- larve, die, genuttigd door den mensch, bij dezen een lint worm kan veroorzaken) werd in totaal 323 maal aangetrof fen en wel bij 251 runderen (1.31 van het aantal geslachte dieren) en 72 graskalveren (2,39 Levende exemplaren werden gevonden bij 39 runderen (0,2 en 6 graskalveren (0,19 De overigen waren afgestorven. Zij werden ge vonden zooals onderstaanden staat aangeeft. Mond- en klauwzeer Miltvuur V arkenspest Borstziekte Vlekziekte Urticaria Afge storven. Afge storven. 131 60 18 1 1 36 27 o 2 75 13 38 280 33 3 3 Echinococcosis (het voorkomen van een blaasworm, welke de larf is van een hondenlintworm; door tusschenkomst van den hond kan de mensch echinococcosis krijgen) werd geconstateerd bij 183 runderen, 57 paarden, 46 varkens en 12 schapen. Het aantal laboratoriumonderzoekingen tegen 384 in 1923. Meer uitgebreid bacteriologisch onderzoek van geslachte dieren geschiedde 217 maal.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1924 | | pagina 449