14 11 VERSLAG GEM. HAVENDIENST. Per reis werd 607 maal betaald en wel: 99 99 99 99 Be; G; E; A. Hijschkraan. De hijschkraan werd 77 maal gebruikt en het daarvoor verschuldigde bedrag ad f 260,ontvangen. Duinwater. Voor het leveren van duinwater kwamen gedurende het verslagjaar 1733 aanvragen in, aan welke aanvragen tot een totaal van 13.234.500 Liter werd voldaan en waarvoor het verschuldigde bedrag ad f 5.125,57 werd ontvangen. Het in vorige jaren ontvangen netto-bedrag in 1923f 1922 1921. 1920. 1919. Kadegeld. Evenals het vorige jaar, kwamen ook dit jaar weinig aanvragen tot het innemen van kaderuimte in, daar de aangevoerde haring als regel onmiddellijk naar de erven werd gebracht. In slechts één geval was kadegeld verschuldigd; het uit dien hoofde ontvangen bedrag was f 8,20. Bb; voor kustvaartuigen; volgens tarief G; A; F; voor jachten. was 22.885,47 20.605,29 26.589,17 27.739,94-’ 31.131,45 In den loop van het verslagjaar werden 336 abonnemen ten genomen en wel: 92 volgens tarief Ba; 91 97 55 1 102 maal volgens tarief Ba; 41 359 11 22 49 23 In 42 gevallen werd ingevolge Raadsbesluit van den 19en Mei 1924 verminderde betaling toegestaan, aangezien de betrokken vaartuigen elders hadden overwinterd. In twee gevallen werd door Burgemeester en Wethou ders het nog voor de betrokken vaartuigen verschuldigde havengeld kwijtgescholden.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1924 | | pagina 490