(-)
so
VII. RESULTATEN VAN DEN WONINGBOUW
IN HET ALGEMEEN.
In welke mate te dezer stede in het afgeloopen jaar is
gebouwd, moge blijken uit het volgend overzicht, aange
vende de vermeerdering van het aantal woningen, de ver-
eischte toename volgens de methode Halle eh de stijging
of de daling van het bestaande tekort.
Hieruit blijkt, dat in het afgeloopen jaar op den achter
stand een aantal van 569 is ingehaald.
Uitgaande van de woningtelling in 1919 zou derhalve het
theoretisch woningtekort op 31 December 1924 nog bedra
gen: 4343. Uiteraard heeft dit cijfer, dat noch met de toe
laatbare samenwoningen noch met de woningbehoefte in
verband met de huurwaarde rekening houdt, slechts een
betrekkelijke waarde.
In aansluiting aan bovenstaande tabel geeft ondervol
gend overzicht aan het aantal woningen in de jaren 1919,
1920, 1921, 1922. 1923 en 1924 door de Gemeente, Woning-
bouwvereenigingen en de particuliere bouwnijverheid
gebouwd.
69
Maand.
1924
10
102
66
52
209
956
3436
Totaal
4005
387
)~569
In deze cijfers zijn reeds verwerkt de woningen, die door ver
bouwing, afbraak en onbewoonbaarverklaning, zijn vervallen.
I Bruto vermeerdering
van het aantal
woningen.
Stijging of daling
van het bestaande
tekort aan woningen-
Januari
Februari
Maart
April
Mei
Juni
Juli
Augustus
September
October
November
December
Vereischte toeneming
van hetaantal woningen
(Volgens methode
Halle 1).
93
356
264
155
221
419
389
238
339
458
7U
283
313
215
57
254
10
54
184
165
164
165
379
184
441
365
355
349
261
424
VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING. 17