18
JI
VERSL. VAN DE STICHTING CENTRAAL WONINGBEHEER.
dan betalen
5. Enquête betreffende de verhouding tusschen inkomen
en huur.
Reeds lang was de aandacht van het Bestuur gevestigd
op de navolgende feiten:
a. de groote moeite waarmede de huren door de bewo
ners van enkele complexen werden opgebracht;
b. het herhaaldelijk weigeren van een woning, omdat de
huur te hoog was, door gezinnen, die daaraan ten zeerste
behoefte hadden;
c. het groot aantal verhuizingen, voor een deel te wijten
aan de hooge huren.
Intusschen werd niet over objectieve gegevens beschikt,
aan de hand waarvan nagegaan zou kunnen worden of
ingrijpen noodzakelijk was.
In den loop van het verslagjaar is daarom een enquête
ingesteld naar de verhouding tusschen inkomen en
woninghuur in eenige belangrijke complexen. Daarvoor w
werden gekozen Trekweg III (omvattende 912 woningen)
en Spoorwijk IIA (omvattende 224 woningen). Ten einde
te kunnen nagaan hoe deze verhouding bij bewoners van
Vereenigingswoningen zou zijn, werd aan de Vereeniging
voor Volkhuiisvesting „Nutswoningen” verzocht eveneens
een onderzoek te doen instellen in het door haar beheerde
woningcomplex D (omvattende 110 woningen). Deze ver
eeniging verklaarde zich daartoe bereid, zoodat in bedoeld
complex een onderzoek op geheel denzelfden voet als in
de bovengenoemde gemeentelijke complexen is geschied,
heeft plaats gehad.
Ofschoon de verzamelde gegevens uiteraard geen aan
spraak maken op absolute juistheid, daarvoor waren te
veel ongunstige factoren aanwezig werden de gegevens
toch met groote zorgvuldigheid verzameld en zooveel
mogelijk gecontroleerd en bijgewerkt. Aangenomen mag
dus worden, dat over het geheel genomen deze enquête
een juist beeld geeft van den werkelijken toestand.
Vrij algemeen wordt aangenomen, dat 1/6 a 1/7 van het
inkomen aan huur kan worden betaald. Ook door den
Minister van Arbeid is in verschillende circulaires deze
verhouding als uitgangspunt genomen. Indien hiervan
uitgaande wordt aangenomen, dat een huur van minder
dan 14 van het inkomen laag is, van 1417 normaal,
van 17—25 hoog en van meer dan 25 buitensporig hoog,
dan betalen van de 1168 bij de enquête betrokken gezinnen