25 4 VERSLAG DER GEMEENTELIJKE BIOSCOOPCOMMISSIE. ■i In 30 gevallen werd herkeuring gevraagd, wanneer men zich niet met liet besluit der Sub-eommissie kon vereenigeu. In 29 gevallen geschiedde zulks op verzoek van den be trokken Bioseoop-Direeteur, en in één geval werd dit ge vraagd door leden der Gem. Bioscoop-commissie, die zieh niet konden vereenigeu met de genomen beslissing. Van de 30 herkeuringen besliste de herkeuringscommissie in 16 gevallen ten gunste van de in beroep gaande Bioscoop- Direeteur, terwijl in de meeste gevallen belangrijke cou pures door de herkeuringscommissie werden aangebracht in de films, die door de Sub-eommissie waren afgekeurd. In 14 gevallen besliste de herkeuringscommissie ten gunste van de Sub-eommissie. In de bepalingen der speelvergunning verleend aan de Bioseoop-exploitanten, kwam geen verandering. toelaatbaarheid waren. Zij, die vóór toelaatbaarheid stem den, deden dit, blijkens hunne motiveeringen, niet zoozeer, omdat zij de film, hadden zij die in eerste instantie moeten keuren, voor jongelieden van 14 tot 18 jaar inderdaad vol komen toelaatbaar hadden geacht, doch meenden zij, op verschillende gronden, dat hier zéér duidelijk een grens geval aanwezig was en wilden daarom het midden houden, tusschen de uitspraken der eerste Sub-eommissie en de her keuringscommissie. De meerderheid van 2/3 werd niet be reikt zoodat in pleno werd besloten tot ongeschiktheid en on toelaatbaarheid. Bovenstaande uitslag werd den heer Burgemeester ge rapporteerd, welke na zelf de film gezien te hebben, besloot in tegenstelling met den uitslag der pleno keuring, de film toelaatbaar te verklaren. Bij deze keuring kwam weder goed uit, de bijzondere be paling onzer commissie dat er een meerderheid moet zijn van 2/3 der leden. Het aantal gekeurde films is ongeveer 200 minder dan in 1923, terwijl de gezamenlijke lengte der films bijna 300 K.M. minder bedraagt dan in het voorgaande jaar. Dit is hoofdzakeljjk toe te schrijven door het uitbrengen door de Bioscoop-Directies, van z.g. tweede-weeks-films, die alhier reeds vroeger waren gekeurd, t.w. na de invoering der dubbele keuring. Door een nauwkeurige administratie was het voor het secretariaat mogelijk om in deze gevallen z.g. duplicaat- goedkeurings-biljetten af te geven.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1924 | | pagina 792