By lage 31
VERSLAG betreffende den toestand en de werking
van den Gemeentelijken Reinigings- en Ontsmet-
tingsdienst van 's-Gravenhage over het jaar 1924.
Commissie.
De samenstelling van de Commissie van Bijstand onder
ging in den loop van het jaar geen wijziging en bestond op
31 December uit den heer Wethouder F. N. V. Quant als
voorzitter en de heeren J. J. van Langen, C. Vrolijk Jzn.,
P. J. van Bejjeren en R. P. M. Peters als leden, terwijl als
secretaris werkzaam bleef de heer Mr. Dr. J. H. Labberton,
Referendaris ter Gemeente-Secretarie.
Algemeene beschouwingen.
Na de uitvoerige mededeelingen in het vorige jaarverslag
betreffende het algemeen beleid, moge, aangezien ook dit
jaar in dezelfde richting werd voortgewerkt, hier thans
volstaan worden met de vermelding van de voornaamste
bijzonderheden.
Van groote beteekenis voor dezen dienst was dit jaar
de invoering van de 48-urige werkweek. Niet alleen kon
hiermede een niet onbelangrijke vermindering van personeel
gepaard gaan, doch tevens konden de werktijden gesteld
worden, zooals door de in de laatste jaren zoo sterk gewij
zigde omstandigheden gevorderd werd.
Met inbegrip van het wegens de verder doorgevoerde
reorganisatie vrijgekomen personeel, kon daardoor de vaste
bezetting van den dienst van 616 werklieden tot op 574
teruggebracht worden.
Het afdeelingsdepot-Scheveningen, waarvan reeds in het
vorige verslag melding gemaakt werd, kon in het laatst
van dit jaar in gebruik genomen worden, zoodat hiermede
de aschstaal aan den Westduinweg met zijn oude en ge
brekkige gebouwen tot het verleden behoort. De nieuwe
inrichting voldoet in ieder opzicht en is een sieraad voor
dezen dienst.
De totale hoeveelheid afvalstoffen toonde wederom een