22
HOOFDSTUK IV.
GELDMIDDELEN.
Rekening 1924.
f 1.806.618,07
16.839.927,48
terwijl nog verschuldigd is een bedrag, groot
zoodat het nadeelig saldo groot is
f 128.978.332,13
147.571.850,16
Naar de laatste door Gedeputeerde Staten afgesloten reke
ning over 1924 van de gemeente ’s-Gravenhage bedroegen
in dat jaar:
de ontvangsten f 63.904.120,20
de uitgaven 55.690,384,64
f 18.646.545,55
53.027,52
f 18.593.518,03
Kunsten en Wetenschappen:
Motie-Harms in zake samenstelling der Commissie van
Advies voor het subsidiëeren van voorstellingen en uitvoeringen
met kunstwaarde (16 Febr.).
Motie-Droogleever Fortuyn in zake samenstelling der Com
missie van Advies voor den Dienst voor Kunsten en Weten
schappen (20 Apr.).
Maatschappelijke steun:
Verleenen van subsidiën aan instellingen van weldadigheid
tot een totaal-bedrag van f 69.152,27 (20 Apr., 22 Juni en 3 Dec.).
Verleenen van subsidie enz. aan de ’s-Gravenhaagsche Ver-
eeniging „Maatschappelijk Werk bij zenuwlijden en krankzin
nigheid” (2 Maart).
Verleenen van een subsidie voor de treilvisscherij (14 Dec.).
Verkeer:
Interpellatie-Joëls in zake aanwijzing van standplaatsen voor
autobussen (13 Juli).
Motie-Mooyman in zake standplaatsen voor autobussen (7
Sept.).
Batig slot f 8.213.735,56 Nadeelig slot f 18.593.518,03
Over het vermoedelijk saldo van „gewoon” werd ten bate
van den dienst 1925 beschikt tot een bedrag van f 3.367.762,56,
zoodat ten slotte ten bate van den dienst 1926 kwam een voor-
deelig saldo van f 4.845.973,
Te verhalen bleef van de rekening een bedrag,
groot
op den post „Geldleening” van de verschil
lende hoofdstukken werd in totaal
minder ontvangen dan tot dekking van ver
schillende buitengewone uitgaven noodig was,
Kapitaaldienst.
Gewone dienst.