10 8 zoover de exploitatie was gebaseerd op een hoogeren rentevoet, dan waarmede thans rekening gehouden behoefde te worden. Het bleek op deze wijze mogelijk de hoogste huren eeniger- mate te verminderen, zoodat de woningen in het algemeen gesproken gekomen zijn binnen het bereik van hen, voor wie ze waren bestemd, terwijl verder de huren zoodanig werden ge regeld, dat voor dezelfde woningen in de verschillende jaren ge bouwd, dezelfde huren worden betaald. Nadat de Raad zich in de zitting van 22 Juni 1925 (Bijlage no. 479) met het voorstel had vereenigd en de Regeering er hare goedkeuring aan had gehecht, werd de huurverlaging 31 Augus tus d. a. v. ingevoerd. Om te voldoen aan de toezegging door onzen Voorzitter bij de behandeling van het voorstel in den Raad gedaan, werd de huurverhooging eerst 5 October ingevoerd, om de gelegenheid te hebben na te gaan, of deze verhooging inderdaad door de betrokken huurders kon worden voldaan. Van de 438 huurders, die hierbij waren betrokken, brachten er 30 bezwaren in tegen de verhooging, die trouwens slechts zeer gering was. Van de helft werd het protest ongegrond bevonden, 10 werden naar een goedkoopere woning o ver geplaatst, terwijl 5 nog de oude huur betalen in afwachting van een definitieve oplossing. Wijziging van de Daar de complexen langzamerhand werden voltooid, werd het huren der win- gewenscht geacht, de huurprijzen der winkels te herzien. Som- kels. mige winkels waren, doordat er zooveel bijgebouwd was, aan drukke straten in het centrum der wijk gelegen, terwijl andere zich aan den rand bevinden en daardoor veel minder gunstig liggen. Het is billijk, dat de huren van deze winkels verschillen van die der eerstbedoelde, ook al zijn ze wat ruimte betreft, dezelfde. Aan een deskundige werd opgedragen de huurprijzen te schatten, waarbij rekening moest worden gehouden met den stand en de ligging der perceelen. Mede op grond van het rap port van dien deskundige werd besloten, van 53 winkelwoningen den huurprijs ongewijzigd te laten, van 33 perceelen de huur te verhoogen en van 8 ongunstig gelegen winkels de huur te ver lagen. Door Burgemeester en Wethouders werd dit besluit goedge keurd, waarna op 1 Mei de wijzigingen werden ingevoerd. Verhooging Ten behoeve van verscheidene, voor visschers bestemde wo- huren visschers- ningen te Scheveningen, welke met Rijksvoorschot zijn gebouwd, woningen. wordt een z.g. „sociale achterlijkheids-bijdrage” verstrekt, omdat de Scheveningsche visschersbevolking ook onder normale om standigheden, dus afgescheiden van den oorlog, niet in staat zou zijn bij verplaatsing uit de krotten de normale huren te betalen. VERSL. VAN DE STICHTING CENTRAAL WONINGBEHEER.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1925 | | pagina 272