14
13
ADMINISTRATIEF OVERZICHT.
de Duinwaterleiding over het jaar 1925.
Rekening van
Omtrent de rekening der Duinwaterleiding over 1925 hebben
Burgemeester en Wethouders de eer het volgende op te merken.
Het winstsaldo, dat over 1924 f 593.042,48 bedroeg, bedraagt
over 1925 f 668.769,90 en is dus f 75.727,42 of bijna 13 meer.
De baten (zonder rekening te houden met Art. III „Restitutie
door de Gemeente van de kosten van openbaren dienst” en na
aftrek van Art. VI „Verhaal van bijdragen voor weduw'en- en
weezenpensioen” ad f 28.001,59 aangezien dit verhaal eerst sedert
I Januari 1925 plaats vindt) zijn rond f 100.300,d. i. bijna 4
meer dan in 1924. In hoofdzaak brachten meer op: Art. I „Op
brengst van het duinwater” rond f 78.500,of ruim 3'/2 Art.
II „Opbrengsten uit de distributie” rond f 29.600,of bijna 9
(waarvan echter rond f 8.500,— of 2’/2 van werken voor
rekening van anderen), terwijl Art. IV „Rente van kasgeld, dis
conto” rond f 9.000,of 67’/2 minder opbracht.
De lasten (zonder rekening te houden met Art. III „Kosten
van openbaren dienst”) bedroegen, vergeleken met die van 192-1,
rond f 52.600,of ruim 2'/2 meer. Meer werd o.a. gevorderd
voor: Art. I „Exploitatie Pompstation” rond f 25.800,of ruim
13%; Art. II „Distributiekosten” rond f 9.600,of bijna 18%
(waarvan evenwel rond f 9.000,of 16 van werken voor
rekening van anderen); Art. V „Algemeene onkosten” rond
f 11.500,of 2 Art. VI „Renten” rond f 27.500,— of ruim
9'/2 Art. IX „Uitkeeringen aan de Gemeente” f 14.200,— of
bijna 3’/2 terwijl minder werd gevorderd voor: Art. IV
„Onderhoudskosten” rond f 20.300,of bijna 16V2 Art. VII
„Afschrijvingen” rond f 17.000,of 5
VERSLAG DER DUINWATERLEIDING.