19 6 Buitenhaven. Baggerwerk. Ongevallen. In andere havens werden door Scheveningsche vaartuigen, hieronder begrepen een logger uit IJmuiden en een motorlogger uit Katwijk aangevoerd: te Vlaardingen29.241 kantjes Maassluis795 IJmuiden72 In totaal zijn dus door Scheveningsche vaartuigen aange bracht 118.997 kantjes haring, tegen 212.2695 in 1924. Gedurende den loop van den teelt waren 4 vaartuigen ver plicht hun reis te onderbreken door ziekte van een lid der be manning, 3 door een defect aan de donkey en 1 doordat het vaartuig lek was geworden. Twree vaartuigen kwamen van de haringvisscherij terug zonder vangst en met verlies van alle netten en toebehooren. Gedurende het geheele jaar is de buitenhaven behoorlijk op diepte geweest, zoodat geen aanmerkelijke seinveranderingen plaats hebben gehad. Wel kwamen na peilingen ondiepten bij de hoofden der pieren voor, maar deze konden geregeld door den grooten zandzuiger worden opgeruimd. De kleine zandzuiger heeft gedurende het geheele jaar niet gewerkt. Gedurende het verslagjaar werd door den zandzuiger „Nau tilus II” gedurende 63 dagen vóór en in de buitenhaven gewerkt. In die periode werden 428 vrachten zand van 200 M3. ver werkt en naar zee gebracht. In 1924 waren deze cijfers voor de „Nautilus I” 33 werkdagen en 548 bakken en voor de „Nautilus II” 84 werkdagen en 570 vrachten. In de maanden Juni, Augustus en September is er niet gebaggerd. Gezien deze cijfers, is de verzanding gedurende het verslagjaar niet groot geweest. Door het gemeentelijk baggermateriaal werden in 28 werk dagen 224 bakken uit den doorgang der binnenvoorhaven en in 2 werkdagen 19 bakken van vóór de hellingen verwerkt. Van de voor gekomen ongevallen zijn de volgende te ver melden. Den 25sten Februari vertrok de sleepboot „Kijkduin” uit de haven naar een brandend schip. De motorreddingboot, welke klaar werd gemaakt, behoefde niet ter assistentie te vertrekken, aangezien bericht werd, dat de bemanning van het brandende schip te Hoek van Holland aan den wal was gezet. Den lOen April strandde het motorjacht „Bonzo” op het 2de Delflandsch hoofd benoorden de wandelpier. Het werd later af- gebracht door de sleepboot „Wachter” en naar IJmuiden ge sleept. Den 17en Juli voer de motorschokker UK 176 op ongeveer VERSLAG GEM. DIENST VAN HAVEN- EN MARKTWEZEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1925 | | pagina 529