Bijlage 22 VERSLAG van den Gemeentelijken Geneeskundigen Dienst te ’s-Gravenhage over het dienstjaar 1925. voor ziels- resp, geesteszieken. Het lijkt wel goed om in dit Verslag nog even terug te komen Inleiding, op wat ten vorigen jare bereids in de inleiding werd behandeld, n.l. de bemoeienis met het vraagstuk der werk-therapie, alias: Arbeid als geneesmiddel. Want het is wel zeker, dat geenerlei aangelegenheid het genezen zóózeer in kontakt met de maat schappij brengt; daarin een wisselwerking uitlokkende, die, be- strevende een vermindering van invaliditeit, zoo voor de indi vidu als voor de gemeenschap slechts winst kan beteekenen. In het vorig Verslag mocht de hoop worden uitgesproken, Werktherapie dat de gelegenheid tot tewerkstelling in de Plantsoenen, die aanvankelijk, mede met het oog op de verhoudingen, waaronder te werken valt, uitsluitend voor t. b. e.-lijders kon worden toe gestaan, ook nog voor een andere kategorie, die der geestes-, resp. zielszieken, benut zou kunnen worden, welke groep al niet minder door den maatregel zou zijn gebaat. Hiertoe is het dan nu thans mogen komen en zoo mogen we er ons, dank zij de breede opvattingen der Directie van den Plantsoendienst, over verheugen, dat in het afgeloopen jaar ook een aantal plaatsen voor de betreffende kategorie werd ge reserveerd; een omstandigheid, die er vanzelf toe leidt, dat eensdeels de gestiehts-verpleging binnen de perken wordt ge houden, andersdeels de kansen op loonend werk voor betrok kenen zijn verhoogd. Wat het laatste punt toch betreft, is de verwachting zeker niet misplaatst trouwens mocht dit be reids blijken dat, gelet op de waarborgen, waarmee het geval dus doende is omringd, na beëindiging der stage bij de Ge meente, die gemiddeld loopt over acht maanden, de partikuliere werkgever er gemakkelijker voor te vinden is het óók eens met een tewerkstelling te probeeren; waarvan dan weer een ver-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1925 | | pagina 609