25
bakkers, die brood verkochten, dat niet voldeed aan de eischen
in het Broodbesluit gesteld, geen strafvervolging kon worden
ingesteld. Onder die omstandigheden stond geen andere weg
open, dan het zenden van een waarschuwing aan overtreders
van de bepalingen van het Broodbesluit. Het gering aantal
processen-verbaal voor brood is dus niet een bewijs, dat het brood
in de gemeenten behoorende tot de Kantongerechten ’s-Graven-
hage en Delft voldoet aan de gestelde eischen, maar een gevolg
van de opvatting van het Openbaar Ministerie bij die Kanton
gerechten.
Wijziging van het Broodbesluit en
sluiten schijnt dus dringend noodig.
van eenige andere be-
4
VERSLAG VAN DEN KEURINGSDIENST VAN WAREN.