25 45 324 7.712,22 Blijft f 102.710,43s 7.059,40 f 47.825,52 7.059,40 Totaal 54.884,92 f 95.651,03s 47.825,51s De bijdrage voor elke gemeente afzonderlijk is berekend naar het aantal inwoners per 31 December 1924. (Prov. Blad No. 37 van 1925) en bedraagt per inwoner 9’4 cent. Zie Specificatie der Bedrjjfsrekening, Artt. IV en V der Baten. Bij een totale kosten over 1925, groot f 102.710,43s en een aantal inwoners op 31 December 1924, groot 592 525, bedroegen de kosten per inwoner over het jaar 1925 17,3 cent. Indien bij deze berekening het aandeel van het Rijk in de rente en afschrij ving der uitbreidingskosten, ten bedrage van f 7.059,42 (zie Artt. III en IV der Lasten van de Specificatie der Bedrjjfsrekening) mede in aanmerking wordt genomen, bedragen de kosten per hoofd 18*/2 cent. De rente en afschrijving van het aandeel van het Rijk in uitbreidingskosten is reeds in min dering gebracht (zie artikel III en IV der Lasten van de Specificatie der Bedrijfsrekening). Blijft f Hiervan vergoedt het Rijk 50 pCt., is De andere helft komt voor rekening van de Centrale gemeente en de kringgemeenten, ver hoogd met de helft van de rente en afschrijving der uitbreidingskosten, ten bedrage van Inhoudingen voor gebruik van dienstwoning, vuur en licht door per soneel Pensioensbijdragen, ingevolge art. 36, der Pensioenwet 1922 (Stbl. No. 240). 2.203,30 Te verdeelen als volgt: De helft van de rente en afschrijving der uit breidingskosten komt voor rekening van de Cen trale gemeente en kringgemeenten, is VERSLAG VAN DEN KEURINGSDIENST VAN WAREN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1925 | | pagina 694