r 26 7 der Rijksver zekeringsbank wegens onge vallen. In het totaal aantal ziektedagen zijn begrepen 1337 (914*/2) dagen, welke het gevolg waren van 93 (74) ongevallen. Aangegeven werden 166 (172) ongevallen, waarvan 4 (8) door de Rijksverzekeringsbank niet als ongeval zijn beschouwd. In de overige 162 hebben de getroffenen in 69 (90) gevallen het werk niet gestaakt. Van de 162 (164) aangegeven en door de Rijksverzekeringsbank erkende ongevallen betroffen 55 (35) het vaste personeel van de vuilverbranding met een totaal van 23016 (11016) dagen en 5 (6) losse werklieden, waarvan 4 (4) bij den Reinigingsdienst en 1 (2) bij de vuilverbranding, met een totaal van respectievelijk 1 (15) en 0 (0) dagen. In 80 (85) gevallen heeft genoemde Bank alleen schadeloos- Uitkeerjngen stelling voor genees- en heelkundige behandeling toegekend; in 75 (74) gevallen bovendien een tijdelijke uitkeering en in 5 (5) gevallen een tijdelijke uitkeering en een voorloopige rente. Ten aanzien van 2 gevallen was op 31 December door de Bank nog geen beslissing genomen. Van een werkman werd in den loop van het jaar de voorloopige rente in een geregelde uitkeering veranderd, terwijl 2 werklieden in het genot eener zoodanige uitkeering bleven, hun vóór 1925 reeds toegekend. Aan ziekengeld werd in 1925 betaald f 53.002.595 (f 40.201,83). Ziekengeld. Hiervan is terugontvangen aan uitkeeringen van de Rijksver zekeringsbank f 7.232,23 (f 5.290,84), zoodat de kosten voor de gemeente bedroegen f 45.770,365 (f 34.910.99). In 1925 is aan 9 werklieden een eervolle vermelding met Belooningen. gratificatie van f 50,toegekend, terwijl 1 werkman bij het verlaten van den dienst met ruim 33 dienstjaren een dergelijke onderscheiding eveneens met gratificatie ontving. Aan 83 (92) werklieden moest in het geheel 152 (151) maal Straffen, straf worden opgelegd wegens kleine en 19 (7) maal wegens ernstige vergrijpen. Van de niet ernstige verzuimen betroffen 115 (101) telaatkomen. Aan 13 (13) werklieden werd schadevergoeding opgelegd. Het totaal bedrag der opgelegde boeten was f 47,39 (f 21,87), dat der schadevergoedingen f 19,38 (f 17,25). Het aantal uren strafdienst bedroeg 2216 (5216), het aantal uren, waarover loon is ingehouden 28 (1916). Aan 38 (55) werklieden werd in 48 (71) gevallen met toepas- Voorwaardelijke sing van artikel 50 van het Werkliedenreglement een voorwaal'- strafoplegging, delijke straf opgelegd. In 18 (21) gevallen werd in verband met een nieuwe overtreding de voorwaardelijke straf uitgevoerd. In 77 (94) gevallen werd wegens te laat komen voor de eerste maal volstaan met een mondelinge berisping. In 1925 is 3 (1) maal beroep op het Scheidsgerecht ingesteld. Scheidsgerecht. PERSONEEL.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1925 | | pagina 711