32
3
De Commissie voor de Beroepskeuze,
H. J. LOVINK, Voorzitter.
J. J. BOASSON, Secretaris.
en adviesaan
vragen.
kleiner deel der adviezen hield in rechtstreeksehe plaatsing in
de praktijk, waarvoor de jongelieden dan naar de Arbeidsbeurs
werden verwezen. Ter zake van onderwijsadviezen is het Bureau
bijna volledig geoutilleerd: in onze stad is wel geen onderwijs
inrichting, waarover het Bureau geen nauwkeurige inlichtin
gen kan verstrekken, terwijl ook van de meeste onderwijs-
gelegenheden in ons land de gegevens aanwezig zijn.
Dit materiaal wordt voortdurend meer volledig en telkens
vernieuwd. In gevallen, waarin dit noodig bleek, heeft het
Bureau zich ook op de hoogte gesteld van buitenlandsche op
leidingen.
Steeds werden de opleidingen, die voor een bepaald kind in
aanmerking kwamen, besproken in verband met de latere be
roepsuitoefening. Zeer dikwijls is den ouders een uiteenzetting
gegeven omtrent de aansluiting van het lager onderwijs met de
vele inrichtingen van voortgezet onderwijs. De schoolkeuze na
de lagere school kon daardoor met duidelijk inzicht in het
„waarom” geschieden.
De toegevoegde bijlagen geven een overzicht van het getal
der aanvragen gedurende het verslagjaar, van de aanvragen
naar den leeftijd der beroepscandidaten, naar het genoten
onderwijs, betreffende het geneeskundig onderzoek en de ge
adviseerde beroepen.
Het totaal-aantal bezoeken steeg van 856 in 1924 tot 1087 in Aantal bezoeken
1925, het aantal nieuwe aanvragen om advies resp. van 539
tot 634.
VERSLAG GEM. BUREAU VOOR BEROEPSKEUZE,
