37 25 Voor de jaren 1923 tot en met 1925 bedroeg deze inning respec tievelijk f 206.304,89'/z, f 195.070,83 en f 192.807,29. Opgemerkt dient te worden, dat voor nagenoeg alle patiënten, voor welke de volle verpleegprijs werd betaald, de inning der bijdragen geschiedde door de betrokken ziekeninrichting. Evenals vorige jaren werd ruimschoots gebruik gemaakt van de gelegenheid, om het verschuldigde bedrag in wekelijksche of maandelijksche termijnen af te doen. Niettemin gaven 149 gevallen van onwillige debiteuren aan leiding een beslissing van den Kantonrechter uit te lokken. Het vorig jaar bedroeg dit aantal 84. Aan Directies van Gemeente bedrijven of takken van dienst werd in 3 gevallen verzocht tot inhouding op salarissen of arbeidsloonen over te gaan. Dit aantal bedroeg het vorig jaar 7. Het totaal aantal in diverse ziekenhuizen verpleegde on- en Kosten en bjjdra- minvermogende patiënten, bedroeg blijkens de voorafgaande gen 19231926, staten 12589 met 538557 verpleegdagen, waarvan 70611 verpleeg- dagen voor besmettelijke zieken voor rekening van den Gemeen telijken Geneeskundigen Dienst, zoodat 467946 verpleegdagen ten laste van onzen Dienst kwamen. De kosten van verpleging, alsmede de bijdragen bedroegen, rekening houdende met nog te betalen kosten en nog te ont vangen bijdragen, over de jaren 19231926: VERSLAG MAATSCHAPPELIJK HULPBETOON.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1926 | | pagina 1012