40 4 Werkverschaf fing. Niet tegen werkloosheid verzekerden en zij, die lid eener kas waren, maar ten aanzien daarvan nog niet trekgerechtigd alsmede zij, die ingevolge de aangeduide bijzondere beperkingen van de steunregeling waren uitgesloten wrerden door Maat schappelijk Hulpbetoon als armlastigen gesteund. Voor werkloos overheids- en semi-overheidspersoneel golden bijzondere regelingen. In totaal werd over het jaar 1926 aan werkloozensteun met uitzondering van bijslag op kasuitkeeringen betaald: a. f 482.264,27 door bemiddeling der vakvereenigingen; b. f 363.372,65 niet door bemiddeling der vakvereenigingen. Een werkverschaffing in eigen vak aan geschoolde arbeiders te weten kleermakers had in 1926 plaats over het tijdvak van 6 Januari tot en met 31 Maart. Door elk van 2 ploegen, ieder ongeveer 25 man sterk, werd wekelijks 30 uur gewerkt. Het loon was het gewone contract-uurloon (f 0,70 per uur). In totaal werd aan loonen uitbetaald f 9.063,37. De Scheveningsche treilvisscherij werd over het tijdvak van 1 Januari tot 1 Juni gesteund naar de volgende grondslagen: a. toekenning van een tegemoetkoming in reedersverliezen, van ten hoogste f 1.000,per schip, vermeerderd met de kosten van invaliditeitspremiën; b. toekenning aan elk lid der bemanningen van een loon- bijslag van f 6,per week boven het besommingsaandeel, ver meerderd met een kinderbijslag van f 1,per week en per kind beneden 14 jaren, tot een maximum van 4 kinderen per gezin; voor bemanningen van motorloggers werd de bijslag van f 6, per week vervangen door een van f 4,per week. Aan jongens werd geen bijslag toegekend. Over het tijdvak van 1 Januari tot 1 Juni werd uitbetaald: 1. tegemoetkoming in reedersverliezen ten behoeve van het treilen van 54 schepen f 54.000,vermeerderd met een bedrag van f 4.535,30 aan invaliditeitspremiën. 2. loon- en kinderbijslagen f 53.738,87. Derhalve kostte de steun verleen ing aan de Scheveningsche treilvisscherij 1926 aan de Gemeente in totaal f 112.274,17. In 1926 waren er de volgende werkverschaffingen voor werk- looze arbeiders uit andere vakken dan die van het verschafte werk. Ook de kosten van deze werkverschaffingen, waarbij in het geheel 766 man te werk werden gesteld, kwamen geheel voor rekening der Gemeente. Het weekloon was in maximum f 28, in minimum voor georganiseerden f 25,voor ongeorganiseer den f 20,De uitbetaalde bedragen werden daarbij bepaald in verband met de geleverde arbeidsprestatie, zulks behoudens de VERSLAG DER WERKLOOSHEIDSVERZEKERING, ENZ.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1926 | | pagina 1082