9 19 In het plan „Transvaalkwartier” werden eenige voltooiïngs- werken uitgevoerd. De plantsoenaanleg van het Kaapscheplein werd voorbereid. De aanleg in het plan „Rustenburg” He gedeelte werd aan gevangen; dit werk kwam gereed. Met den gedeeltelijk ten laste van het Grondbedrijf komenden bouw van een brug over de Loosduinsche vaart werd aangevangen. In het plan „Marlot” werd de gewijzigde aanleg van het ge deelte tusschen Hoogwerflaan en Leidsehestraatweg voltooid. Voortgegaan werd met het aanbrengen van plantsoen en boom- beplanting. In het plan „Laakhaven” werden eenige voltooiïngswerken uitgevoerd in verband met erfpachtsuitgiften. Het in 1925 aan gevangen werk, bestaande uit het maken van afritten naar de viaduct Vaillantlaan, welk werk gedeeltelijk ten laste van het Grondbedrijf komt, kwam gereed. In het plan „Wouwermanstraat” werd het plein voor de school aan de van Beijerenstraat van een verharding voorzien. Behalve de aanleg van een later aan te leggen straat, kwam mede de verbreeding van de Van de Wateringestraat te Voor burg tot stand. Eveneens kwam de aanleg gereed van de straten enz. gelegen ten N. W. van den Waalsdorperweg. De aanleg van den verbindingsweg aan de Weteringkade met bijbehoorende werken, van welken aanleg een gedeelte op het Grondbedrijf drukt, kwam mede geheel gereed. De aanleg van eenige gedeelten zijstraat aan den Benoorden- houtscheweg werd voltooid. Een aanvang werd voorts gemaakt met de uitvoering van het le gedeelte van het stratenplan „Rembrandt” te Loosduinen. In het plan „Segbroek” werd de aanleg van het le gedeelte geheel uitgevoerd, terwijl met den aanleg van het 2e gedeelte werd aangevangen. In voorbereiding kwam de aanleg van het plan „Eik en Duinen”. Niettegenstaande het aantal bestratingswerken, dat tot uit voering kwam, ook dit jaar belangrijk was, bleek het niet mo gelijk in voldoende mate te voorzien in de behoefte aan bouwrijp terrein: de vraag bleek steeds grooter te zijn dan het aanbod. Stagnatie werd in dit opzicht ondervonden, doordat het uit breidingsplan-West nog niet werd vastgesteld en doordat de in 1924 onteigende terreinen nabij het Belgisch Park, ofschoon daarvoor ongetwijfeld dadelijk gegadigden te vinden zouden zijn, niet in exploitatie werden gebracht. VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1926 | | pagina 202