9
107
164.696,38
b.
558.842,97
c.
19.474
f 743.013,35
f
1913
1914
1915
1916
1917
1918
1919
1920
1921
1922
1923
1924
1925
1926
Bedrag waarmede de boekwaarde (bij „Uitgegeven terreinen”
het bedrag der boekwaarde bij de uitgifte) de leeningsschuld
overtreft.
Waardeverschillenf 8.582.194,
Verschil tusschen het bedrag van de gekapitaliseerde op
brengst der Uitgegeven terreinen en de boekwaarde op het
tijdstip van uitgifte. (Het batig saldo op de exploitatie van de
„Uitgegeven terreinen” is voornamelijk te beschouwen als jaar-
lijksche opbrengst van deze niet „realiseerbare” reserve).
Reservef 743.013,35.
De reserve op 31 December 1926 bestond uit:
Reserve ter zake van het Grondbedrijf f
waarin voor straataanleg begrepen f 46.850,32.
Reserve ter zake van de Uitgegeven terreinen
(Zie artikel 20 van de Verordening op het
Grondbedrijf, Verz. 1923, no. 18)
Reserve ter zake van op grondrente verkochte
gronden
139,10
1.789,10
6.465,85
12.987,57
23.843,07
37.731,75
61.057,88
90.737,44
132.890,21
190.887,215
271.642,895
367.800,59=
486.989,27
627.820,38
799.739 47
Erfpachtsfondsf 799.739,47
Het kapitaal van het erfpachtsfonds ad f 799.739,47 wordt ge
vormd door jaarlijksche stortingen en rente van belegging.
De toename van het fonds sinds de instelling in 1912 moge
bljjken uit de navolgende opstelling:
Kapitaal op 31 December 1912
Idem
VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING.
a.
99
99
99
99
99
99
99
