1
23
f
f
f
700,—
800,—
100,—
Aantal aanslagen 1)
per 100 inwoners
Bedrag der belasting volgens
de kohieren 1)
per inwoner
aangeslagene
Belastbaar inkomen
per inwoner
aangeslagene
Zuiver inkomen 9
per inwoner
aangeslagene
Gemiddeld geheven percen
tage van het belastbaar
inkomen
Idem van het zuiver inkomen
Aftrek voor noodzakelijk
levensonderhoud
ongehuwden
gehuwden
per kind
4,39
3,17
99.770
25,5
105.132
27,5
4,64
3,41
f
10.758.527,—
27,49
107,83
244.974.800
626,—
2.455,—
339.186.675,—
867,—
3.400,—
11.443.511,—
29,91
108,85
246.447.700,—
644,—
2.344,—
335.881.475,—
878,—
3.195,—
700,—
900,—
150,—
Een staat der Gemeenteschulden wordt aangetroffen op Gemeenteschul-
bladz. 26—29. den.
Het totaal bedrag van de vaste schuld op 31 December 1926
bedroeg f 168.038,873,— (f 411,22 per inw.) tegen f 151.869.059,
(f 381,19 per inw.) op 31 December 1925. Cijfers betreffende
voorafgaande jaren worden aangetroffen in het Jaarboek van
het Gemeentelijk Statistisch Bureau.
Van de vaste schuld op 31 December 1926 moet een bedrag
van f 111.531.049,of 66,37 als „productief” en een bedrag
van f 56.507.824,of 33,63 als „improductief” worden be
schouwd.
In 1926 was het hoogste bedrag der vlottende schuld
f 14.480.000,het laagste bedrag f 5.200.000,het hoogste
rentepercentage bedroeg 5, het laagste 2. Op 31 December 1926
bedroeg de vlottende schuld f 10.546.000,Hiervan werd ge
leend voor 1 jaar f 3.200.000,3 maanden f 950.000,1 maand
f 2.000.000,en on call f 4.396.000,
Inkomstenbelasting.
was
Dienstjaar
99
99
99
99
99
99
Plaatselfjke
belastingen.
1) Betreft uitsluitend de aangeslagenen, die in ’s-Gravenhage hoofd
verblijf hebben.
1925/’26.
1924/’25.
99
99
99
99
99
99
99