10
8
ging gegeven te willen bevorderen, dat een omnibusverbinding
tot stand komt.
De verwezenlijking van dit denkbeeld blijkt echter op finan-
ciëele bezwaren te stuiten.
Lijn 17 (vroeger lijn 1) zal van 1 Januari 1927 af de wijk aan
den Trekweg verbinden met het centrum der stad. Met ingang
van 15 September 1926 is lijn 2 doorgetrokken tot aan de Broek-
sloot. Door deze verlengingen is weliswaar een verbetering in de
verbinding onzer wijken gekomen, doch er blijft nog een belang
rijk tekort in de verbindingen met verschillende gedeelten der
stad te constateeren.
Voorkoming van Met de in het vorig verslag vermelde maatregelen ter voor-
besmetting met koming van besmetting met wandgedierte werd systematisch
wandgedierte, voortgegaan. Van alle gezinnen, die voor het huren eener woning
in aanmerking komen, werd dus de woning onderzocht; evenzoo
idle leegkomende gemeentewoningen en woningen van gezinnen,
die van de eene gemeentewoning naar een andere willen ver
huizen.
Ten einde de besmetting met wandgedierte tegen te gaan
heeft het Bestuur in het voorgaande verslagjaar den maatregel
getroffen, dat alle gezinnen, die een gemeentewoning wenschen
te huren, vooraf op zuiverheid worden onderzocht.
Wanneer dit onderzoek heeft uitgewezen, dat de inboedel
met wandgedierte is besmet, is de aspirant-huurder verplicht
het huisraad te doen ontsmetten. Bij de cyaneering zijn alle
leden van het gezin onderworpen aan een verplicht bad. Dit
laatste voorschrift veroorzaakte dikwijls groote moeilijkheden
bij nette, zindelijke gezinnen, wier woning door toevallige oor
zaken is besmet (veel voorkomend is besmetting door tweede-
hands-meubelen of door brandhout).
Handhaving van het „verplichte bad” voor alle gevallen
werd door velen als noodeloos krenkend gevoeld. Het bleek dan
ook gewenscht de mogelijkheid tot uitzondering te openen.
Daarom werd besloten, dat van dezen regel bij zeer zindelijke
gezinnen kan worden afgeweken.
Van 42 gezinnen, die in een oude gemeentewoning woonden
en die in aanmerking kwamen voor een nieuwe gemeente
woning, is de inboedel gezuiverd; hiervan bedroegen de kosten
f 247,58 of gemiddeld f 5,90 per gezin.
In het verslagjaar 1926 zijn in totaal 4462 woningen op
zuiverheid onderzocht. Hiervan werden 3759 woningen zuiver
bevonden en 703 of pl.m. 16 onzuiver.
De 4462 onderzochte woningen zijn als volgt te verdeelen:
r
VERSL. VAN DE STICHTING CENTRAAL WONINGBEHEER.
h