15 3 sprank A. wingebied landwaarts te verplaatsen, blijft derhalve onvermin derd gelden. Nadat het jaar 1925 grootendeels was besteed aan voorbe- Werken in reidende ontgravingswerken in sprank A en hare verlenging in sprank A. de richting van Meijendel, werd gedurende het verslagjaar de vernieuwing der draineerwerken in deze sprank over een lengte van 700 m voortgezet. Zij vorderde tot 381 m ten N.O. van de schietbaan 11. Met een daarmede gepaard gaande toeneming, ten getale van 35, steeg het totaal aantal draineerputten in het waterwingebied tot 563. De gronden, benoodigd voor de bovenbedoelde verlenging Uitbreiding erf- van sprank A naar Meijendel werden in erfpacht verkregen, pachtsterrein. De hierop betrekking hebbende acte kwam door bemiddeling van het Departement van Financiën tot stand onder dagteeke- ning van 7 Mei 1926. Ook elders kon uitbreiding der erfpachtsgronden verkregen worden, in voege als reeds in het voorgaand jaarverslag werd vermeld. Op 19 Februari 1926 ging onze Gemeente, door bemid deling van het Departement van Binnenlandsche Zaken en Landbouw, met den Staat der Nederlanden een overeenkomst aan voor de erfpacht van 100 ha duingronden, aansluitende tegen het terrein van „De Ruigenhoek” en zeewaarts van de hoofdader gelegen. Daarvan werden 20 ha onder de bemoeiing van den dienst der Plantsoenen gebracht. Op dit erfpachtsgebied werden gedurende het verslagjaar, Aanleg duin- met tewerkstelling van arbeiders, door het bureau der Gemeente paden, voor werkverschaffing en emigratie aangewezen, paden aan gelegd voor het verkeer van voetgangers, wielrijders en ruiters, en wel tusschen het ontmoetingspunt Pompstationsweg- Harstenhoekweg en den overgang in de ingraving der hoofd ader bij de reeds bestaande verbinding met Meijendel. Het overige der laatstbedoelde nieuwe erfpachtsgronden werd groo tendeels afgerasterd, zoodat door aanplanting van helm kon worden begonnen met het herstel van de vooral in de laatste jaren vernielde duinbegroeiing en met het bestrijden van de dientengevolge ingetreden zandverstuivingen. Ook werd ten zuiden van de sprank M een voetpad aange legd, dat den Pompstationsweg verbindt met den naburigen overgang voor wandelaars over de baan der Z.H.E.S. Op de aangrenzende terreinen werden, bij wijze van proef, gedurende eenige dagen kinderen onder leiding van den Haagschen Bond „Vacantiebezigheid voor schoolkinderen” toe gelaten. Het 50 cm-werkspoor in het voorste gedeelte van de ingra- VERSLAG DER DUINWATERLEIDING.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1926 | | pagina 351